Gasaansluiting - Ferroli Pegasus LN Série Instructions D'utilisation, D'installation Et D'entretien

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Pegasus LN
Het is raadzaam om tussen verwarmingsketel en
verwarmingsinstallatie afsluitkleppen te plaatsen waarmee de
verwarmingsketel zo nodig van de installatie geïsoleerd kan
worden.
Sluit de verwarmingsketel zodanig aan dat er geen
spanning ontstaat op de interne leidingen.
Type en model
209
Pegasus 23 LN
166
Pegasus 32 LN
123
Pegasus 45 LN
80
Pegasus 56 LN
Kenmerken van het water van de installatie
Bij een waterhardheidsgraad van boven de 25° Fr, is het noodzakelijk dat het water op passende wijze
behandeld wordt ter voorkoming van afzettingen in de verwarmingsketel, als gevolg van hard water of
corrosie als gevolg van agressief water. Wij maken u attent op het feit dat zelfs heel kleine afzettingen
van enkele millimeter dikte vanwege hun lage thermische geleiding aanzienlijke oververhitting van de
wanden van de verwarmingsketel teweeg kunnen brengen, met dienovereenkomstige ernstige onge-
makken.
Behandeling van het water is onontbeerlijk bij uitgebreide installaties (met grote waterinhoud) of bij
frequente invoer van suppletiewater in de installatie. Wanneer in deze gevallen op een gegeven moment
de installatie geheel of gedeeltelijk afgetapt moet worden, dient de installatie daarna opnieuw met
behandeld water gevuld te worden.
Vullen van verwarmingsketel en installatie
De vuldruk bij een installatie in ruststand moet ongeveer 1 bar bedragen. Indien de druk van de installatie
tijdens de werking daalt tot waarden onder de hierboven beschreven minimumwaarden (door verdamping
van de in het water opgeloste gassen), moet de gebruiker hem weer terugbrengen tot de beginwaarde.
Voor een correcte werking van de verwarmingsketel moet de druk in de ketel in werkende toestand
ongeveer 1,5÷2 bar bedragen.

2.4 Gasaansluiting

Controleer voordat u de aansluiting verricht of het apparaat geschikt is voor werking met het
type beschikbare brandstof en reinig alle gasleidingen van de installatie zorgvuldig om eventuele
restmaterialen te verwijderen, die de goede werking van de verwarmingsketel nadelig kunnen
beïnvloeden.
Het gas moet volgens de geldende wetgeving worden aangesloten op de desbetreffende aansluiting
(zie afb. 2) met een stijve metalen buis, of met een flexibele leiding met continue wand van roestvrijstaal.
Tussen de installatie en de verwarmingsketel dient een gaskraan te worden aangebracht. Controleer of
alle gasverbindingen goed lekdicht zijn.
Het debiet van de gasmeter moet voldoende zijn voor het simultane gebruik van al de apparaten die
erop zijn aangesloten. De diameter van de gasleiding die uit de verwarmingsketel komt is niet bepalend
voor de keuze van de diameter van de leiding tussen apparaat en gasmeter; deze moet worden gekozen
op basis van lengte en drukverliezen en in overeenstemming met de geldende voorschriften.
Gebruik de gasleidingen niet voor de aarding van elektrische apparaten.
a1
B
C
D
E
toevoer
verwarming
212
140
130
1"
169
98
150
1"
126
86
150
1"
83
40
180
1"
a2
a3
Retour
gasinlaat
verwarming
1"
1/2"
1"
1/2"
1"
1/2"
1"
1/2"
Achteraanzicht
afb. 2
29

Publicité

Chapitres

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

Pegasus 23 lnPegasus 32 lnPegasus 45 lnPegasus 56 ln

Table des Matières