Gasaansluiting - Ferroli PEGASUS F2 N 2S Instructions D'utilisation, D'installation Et D'entretien

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Het is raadzaam om tussen de verwarmingsketel en de
verwarmingsinstallatie afsluitkleppen te plaatsen waarmee
de verwarmingsketel zo nodig van de installatie geïsoleerd
kan worden.
Sluit de verwarmingsketel zodanig aan dat er geen
spanning ontstaat op de interne leidingen.
Type en model
Pegasus F2 N 51 2S
Pegasus F2 N 68 2S
Pegasus F2 N 85 2S
Pegasus F2 N 102 2S
Kenmerken van het aanvoerwater
Bij een waterhardheidsgraad van meer dan 25° Fr, is het noodzakelijk dat het water op passende wijze
behandeld wordt om afzettingen als gevolg van hard water of corrosie als gevolg van agressief
water in de verwarmingsketel te voorkomen. Wij maken u attent op het feit dat ook kleine
afzettingen met een dikte van enkele millimeters omwille van hun lage thermische geleiding een
aanzienlijke oververhitting van de wanden van de verwarmingsketel teweeg kunnen brengen, met de
dienovereenkomstige ernstige ongemakken.
Behandeling van het water is onontbeerlijk bij uitgebreide installaties (met een grote waterinhoud)
of bij frequente invoer van suppletiewater in de installatie. Wanneer in deze gevallen op een bepaald
moment de installatie geheel of gedeeltelijk geleegd moet worden, dient de installatie daarna opnieuw
met behandeld water gevuld te worden.
Vullen van de verwarmingsketel en van de installatie
De vuldruk bij een installatie in de ruststand moet ongeveer 1 bar bedragen. Indien de druk van de
installatie tijdens de werking daalt tot waarden onder de hierboven beschreven minimumwaarden
(door verdamping van de in het water opgeloste gassen), moet de gebruiker hem weer terugbrengen
tot de beginwaarde. Voor een correcte werking van de verwarmingsketel moet de druk in de ketel in
werkende toestand ongeveer 1,5÷2 bar bedragen.

2.4 Gasaansluiting

Controleer voordat u de aansluiting verricht of het apparaat geschikt is voor de werking met
het beschikbare type brandstof en reinig alle gasleidingen van de installatie zorgvuldig,
om eventuele restmaterialen te verwijderen die de goede werking van de verwarmingsketel
nadelig kunnen beïnvloeden.
Het gas moet volgens de geldende wetgeving worden aangesloten op de desbetreffende aansluiting
(zie afb. 2) met een stijve metalen buis, of met een fl exibele leiding met continue wand van roestvrij
staal. Tussen de installatie en de verwarmingsketel dient een gaskraan te worden aangebracht.
Controleer of alle gasverbindingen goed lekdicht zijn.
Het debiet van de gasmeter moet voldoende zijn voor het simultane gebruik van al de apparaten
die daarop zijn aangesloten. De diameter van de gasleiding die uit de verwarmingsketel komt is
niet bepalend voor de keuze van de diameter van de leiding tussen het apparaat en de gasmeter;
deze moet worden gekozen op basis van de lengte en de drukverliezen en in overeenstemming
met de geldende voorschriften.
Gebruik de gasleidingen niet voor de aarding van elektrische apparaten.
38
a1
B
C
D
E
Retour
verwarming
550
180
43
35
1" 1/2
640
180
46
38
1" 1/2
720
200
44
36
1" 1/2
800
200
42
34
1" 1/2
Pegasus F2 N 2S
a2
a3
Toevoer
Gasinlaat
verwarming
1" 1/2
3/4"
1" 1/2
3/4"
1" 1/2
3/4"
1" 1/2
3/4"
Achteraanzicht
B
afb. 2

Publicité

Chapitres

Table des Matières
loading

Table des Matières