Onderhoud; Visuele Diagnosefunctie Controledoos - Riello GULLIVER BS1 Manuel D'entretien

Brûleurs gaz à air soufflé
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

5.

ONDERHOUD

Alvorens wat voor reiniging of controle dan ook uit te voeren, de stroom van de brander halen door mid-
del van de hoofdschakelaar van de installatie en de gaskraan sluiten.
Aan de brander moet periodiek onderhoud verricht worden door bevoegde personen en in overeenstemming
met de wet en plaatselijke normen.
Dit periodiek onderhoud is van essentieel belang voor een goede werking van de brander; zo wordt er onnodig
verbruik van brandstof vermeden en worden de milieubelastende emissies in de omgeving beperkt.
DE BASISPROCEDURE'S VOOR HET ONDERHOUD ZIJN DE
VOLGENDE:
Controleer regelmatig de openingen van de gasverspreider
op mogelijke verstoppingen en maak ze, indien nodig, schoon
met behulp van een puntig stuk gereedschap, zoals afge-
beeld in figuur 11.
Controleer of de toevoer- en afvoerleidingen van de brandstof,
de luchtaanzuigzone's en de afvoerleidingen voor de verbran-
dingsproducten niet verstopt of afgekneld zijn.
Controleer de elektrische aansluitingen van de brander en van
de gasstraat.
Controleer de plaatsing van het drukafnamepunt (8, fig. 1, blz. 2).
Controleer of de gasstraat geschikt is voor het vermogen van de
brander, voor het type gebruikt gas en voor de druk van het gasnet.
Controleer de plaatsing van de verbrandingskop en de bevesti-
ging ervan aan de ketel.
Controleer de plaatsing van de luchtklep.
Controleer de plaatsing van de ionisatiesonde en van de elektrode (zie fig. 5, blz. 6).
Controleer de afstelling van de luchtdrukschakelaar en van de gasdrukschakelaar.
Laat de brander ongeveer tien minuten op zijn volle vermogen werken met alle in deze handleiding vermelde af-
stellingen. Voer dan een verbrandingsanalyse uit en controleer hierbij het volgende:
Percentage CO
(%);
2
Ionisatiestroom (µA);

5.1 VISUELE DIAGNOSEFUNCTIE CONTROLEDOOS

De bijgeleverde controledoos heeft een visuele diagnosefunctie waarmee de mogelijke oorzaken van sto-
ringen kunnen worden opgespoord (signaal: RODE LED). Om deze functie te gebruiken, moet de ontgren-
delingknop minstens 3 seconden lang ingedrukt gehouden worden vanaf het moment dat hij vergrendeld is.
De controledoos brengt een volgorde pulsen voort die met constante tussenpozen van 2 seconden her-
haald wordt.
RODE LED brandt
ontgrendeling 3 sec. indrukken
De volgorde van de door de controledoos voortgebrachte pulsen geeft de mogelijke soorten storingen aan die in
de volgende tabel worden opgenoemd.
SIGNAAL
2 pulsen
3033
CO-gehalte (ppm);
Temperatuur van de rookgassen aan de schouw.
Na de veiligheidstijd wordt er geen signaal van stabiele vlam gedetecteerd:
– ionisatiesonde defect;
– gaskleppen defect;
– fase/nulleider omgekeerd;
– ontstekingstransformator defect;
– slechte afstelling van de brander (onvoldoende gas).
Tussenpoos
Pulsen
MOGELIJKE OORZAAK
12 NL
E9252
NOx -gehalte (ppm);
2s
Pulsen
Fig. 11

Publicité

Chapitres

Table des Matières
loading

Table des Matières