•
Schuif de achterste glasplaat in de achterste glaslijst.
•
Draai de schroeven voor de glaslijst vast.
•
Bevestig steeds drie moeren, drie hoekprofielen voor de glasplaat, drie
dichtingsringen en drie schroeven aan de achterste glasplaat.
•
Controleer of de rechter, linker en achterste glasplaat goed vastzitten.
•
Leg de bovenste glasplaat op de rechter,
linker en achterste glasplaat.
•
Maak hem vast met behulp van vijf moeren,
vijf dichtingsringen en vijf schroeven.
•
Zorg ervoor dat de hoekprofielen van de
glasplaten aan de zijkant en achterkant in de
hoeken samenkomen, zodat ze aan de
bovenste glasplaat vastgeschroefd kunnen
worden (afb. 6).
•
Controleer of alle glasplaten goed vastzitten.
- 118 -
③
Afb. 4
Afb. 5
Afb. 6