Leica SL Mode D'emploi page 232

Masquer les pouces Voir aussi pour SL:
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

NL
PLAATSEN VAN HET FLITSAPPARAAT
1. Camera en flitsapparaat uitschakelen
2. Trek de afdekking van de accessoireschoen er naar achteren
af
3. Voet van het flitsapparaat geheel in de accessoireschoen
schuiven en, indien aanwezig, met de klemmoer tegen
ongewild eruit vallen beveiligen.
Dit is belangrijk omdat wijzigingen van de positie in de
flitsschoen de vereiste contacten onderbreken en daardoor
storingen kunnen ontstaan.
Het flitsapparaat moet voor de automatische regeling door de
camera op de modus
dan moet de flitsbelichting worden geregeld door het handmatig
instellen van een passende diafragma op zowel de camera en het
flitsapparaat. Dit moet ten minste met de motiefafstand
overeenkomen. Wanneer is ingesteld op
flitsbelichting worden geregeld door het handmatig instellen van
een passende diafragma op zowel de camera en het flitsapparaat.
Dit moet overeenkomen met de motiefafstand en/of door het
instellen van een dienovereenkomstig verlaagd vermogen.
Aanwijzingen:
• Het flitsapparaat moet ook ingeschakeld, d.w.z. klaar voor
gebruik zijn, anders kan dit foutieve belichtingen en foutieve
meldingen van de camera tot gevolg hebben.
• Dit menupunt kan worden toegewezen aan het menu
.
FAVORITES
228
TTL
zijn ingesteld. Wanneer is ingesteld op
M
, dan moet de
SYNCHRONISATIETIJD
De belichting van flitsopnamen vindt altijd plaats met twee
lichtbronnen, de aanwezige omgevingslicht en het flitslicht. Het
flitslicht van de flitsactivering bepaalt daarbij over het algemeen
waar de uitsluitend of hoofdzakelijk van het flitslicht verlichte
motiefdelen in het beeldveld worden afgebeeld.
Bij het gebruikelijke tijdstip van de flitsontsteking tot het begin van
de belichting kan dit tot schijnbare tegenstellingen leiden, zoals bij
de opname van een voertuig dat door zijn eigen lichtsporen wordt
ingehaald.
De Leica SL stelt u in staat om tussen dit gebruikelijke
flitsontstekingstijdstip en het einde van de belichting te kiezen:
A
,
In dit geval volgen in het vermelde voorbeeld de lichtsporen van de
achterlichten het voertuig, zoals dit te verwachten is. Deze
flitstechniek verleent daarmee een natuurlijkere indruk van
beweging en dynamiek.
Instellen van de functie
1. In de menusectie
CAMERA
2. in het submenu
Flash Sync
3. in het bijbehorende submenu, de gewenste instelling.
Aanwijzingen:
• Hoe sneller de gebruikte sluitertijd is en/of hoe trager het
motief beweegt, hoe minder verschil er is tussen de twee
ontstekingstijdstippen van het flitsapparaat.
• Dit menupunt kan worden toegewezen aan het menu
.
FAVORITES
• Gebruik geen synchronisatiekabels die langer zijn dan 3 m/ 10
voet.
, selecteer
,
Flash Settings
, en

Publicité

Chapitres

Table des Matières
loading

Table des Matières