Voorzorgen Bij Plaatsing; Installatie - diagral SI200 Mode D'emploi

Sirène d'alarme intérieure
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

WERKING
Uw binnensirene SI200 overvalt en destabiliseert de indringer.
Uw binnensirene, die de in uw centrale geïntegreerde sirene aanvult, maakt het mogelijk om
de geluidssterkte in uw woning te doen toenemen of beter te verdelen.
U kunt de inschakeling van uw binnensirene vertragen om de totale duur van het geluidssi-
gnaal van uw systeem te verlengen.
In geval van brand en indien u over een rookdetector beschikt, wordt uw binnensirene
geactiveerd met een speciale geluidssignaalmodulatie voor een duur van 5 minuten.
Uw binnensirene is alleen compatibel met de DIAGRAL TwinPass
KARAKTERISTIEKEN
TwinPass
radiotransmissie
®
Persoonlijke radiocode
2 geluidssignaalmodulaties: afschrikking en brand
Geluidssterkte 110 dBA
Duur van het geluidssignaal:
- 10 sec. in vooralarm
}
in modulatie "afschrikking
- 1 min. 30 sec. bij indringing
- 5 min. in modulatie "brand"
I nschakeling van de sirene:
- hangt af van de uitloopvertraging, vastgelegd op de centrale, bij vooralarm
- direct of vertraagd (10 sec. of 60 sec.) bij binnendringing
- direct in noodgeval, brand of inschakeling van de automatische beveiliging
Autobeveiliging 24h/24h bij opening, afrukken en afsnijden van de 2 antennes
Autonomie van 2 jaar door 4 meegeleverde alkalibatterijen van 9 V (bij normaal gebruik)

VOORZORGEN BIJ PLAATSING

Plaats ze:
op een hoogte, op een afstand van meer dan 5 m van uw centrale, de telefoonkiezer, een
andere sirene of een bedieningsontvanger,
zo ver mogelijk van elk elektrisch apparaat dat storingen zou kunnen genereren: elektrici-
teitsmeter, telefoonkastje, computer, ...
zodanig dat ze zo afschrikwekkend mogelijk is.
BENODIGD MATERIEEL
Een kruiskopschroevendraaier en een platte schroevendraaier.
Een boormachine met een betonboor van Ø 6 mm.
De codeerstift en het codeersjabloon (meegeleverd).
De 4 alkalibatterijen (meegeleverd).
Het bevestigingstoebehoren (meegeleverd): 3 schroeven, 3 bolkopschroeven, 3 metalen
tussenringetjes van Ø 3 mm, 1 plastic ringetje, 1 vastzetschroef.
1 autobeveiligingspen, 2 antennebuizen (meegeleverd), 2 antennedoppen (meegeleverd).
NL
Indien u dit product in een alarmsysteem integreert, neemt u:
ofwel het reeds gebruikte codeermaterieel bij de codering van de onderdelen van het sys-
teem, en leest u onmiddellijk de paragraaf "Persoonlijke radiocode" van deze handleiding,
ofwel het codeersjabloon en de codeerstift (meegeleverd) uit het bijgevoegde zakje met
toebehoren, en voert u vervolgens de volgende codeerprocedure uit:
neem de tabel voor de keuze van de radiocode van de centrale (zie installatiehandlei-
1
ding van het systeem),
®
centrales.
neem het codeersjabloon, draai het om, u ziet de cijfers 1 tot 10,
2
houd het sjabloon vast en stop de punt van de codeerstift in het voorgeboorde gaatje
3
dat overeenkomt met het cijfer van het eerste kruisje in de tabel,
Schroef de stift vast met de wijzers van de klok mee om het sjabloon te doorprikken.
4
Stop zodra de punt van de stift volledig uit de andere kant steekt. Dan is het gaatje goed
doorgeprikt,
Herhaal de stappen 2 en 3 voor elk cijfer dat overeenkomt met een kruisje in de tabel.
5
Uw radiocode wordt zo op het codeersjabloon weergegeven.
Neem nu de paragraaf "Persoonlijke radiocode" door.
6
FIG. A
Vooraanzicht van uw alarmsirene
Frontpaneel.
FIG. B
Opening
Vergrendelgleuf.
Steek een platte schroevendraaier in
op.
FIG. C
Garantieklever
Scheur de voorgeknipte verwijderbare strook van de garantieklever op de achterzijde van
uw sirene los en kleef die op de aanvraag tot verlenging van de garantie die bij de handlei-
ding van de centrale steekt.
Indien u uw systeem aanvult, gebruik dan de meegeleverde aanvraag tot verlenging van
de garantie.
FIG. D
Persoonlijke radiocode
Plaats de positioneerpinnen van het codeersjabloon in de overeenkomstige gaatjes.
1
Houd het sjabloon vast en stop de punt van de codeerstift in het eerste open gaatje van
2
het sjabloon.
Druk op de stift en draai met de wijzers van de klok mee om de overeenkomstige codeer-
3
verbinding op te heffen. Stop zodra de steel van de stift tegen het codeersjabloon stoot.
Herhaal deze stap voor ieder gebruikt gaatje in het sjabloon.
Verwijder het sjabloon en laat de spaandeeltjes naast de sirene vallen. Controleer of de
4
codeerverbindingen die met uw persoonlijke radiocode overeenkomen, goed werden verbro-
ken. (Tekening
14

INSTALLATIE

Spleten voor de sirene.
Antennes.
Opening voor de vastzetschroef.
, druk op de vergrendelpin en licht het frontpaneel
: intacte verbinding; tekening
: verbroken verbinding).
NL
15

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières