Elektrische Aansluiting - FRANCO BELGE Ambiance GLS 3000 Notice De Référence

Ambiance GLS 3000

2.9. Elektrische aansluiting

De elektrische aansluiting moet uitgevoerd worden
volgens de voorschriften van het Algemene Reglement
voor de Elektrische Installaties (A.R.E.I.).
De elektrische aansluitingen zullen uitgevoerd worden
wanneer alle andere montageoperaties uitgevoerd zijn
(vasthechten, aansluiten,....enz.)
De elektrische uitrusting van de ketel moet op de
aarding aangesloten worden).
Het is aanbevolen van de elektrische installatie uit te
rusten met een differentiële bescherming van 30mA.
(fig. 10)
Een tweepolige schakelaar buiten de ketel voorzien.
Toegang tot de klemmenstrook :
- De twee shroeven aan de achterkant van het deksel
van de ketel losdraaien en deze laatse afnemen.
Het is mogelijk het bedieningsbord om te kantelen
(fig.9), daarvoor :
De twee schroeven op de voorkant losdraaien, het
bedieningsbord opheffen en de assen in de inkepingen
brengen die daarvoor voorzien zijn en het bord doen
omkantelen.
De aansluitingen uitvoeren volgens de schema (fig. 11).
D e k a b e l s v o o r s t r o o m v o e d i n g , b r a n d e r e n
circulatiepomp langs de draaddoorgangsgaten op het
achterste van de ketel binnen laten komen.
Klemmenstrook C1
• Circulatiepomp verwarming : klemmen 7 (blauw),
8 (groen/geel) en 9 (rood).
• Kamerthermostaat met werking op de brander en de
circulatiepomp : Klemmen 10, 11 en 12.
- Op voorhand de shunt 10-11 verwijderen.
• Kamerthermostaat met werking op de brander :
Klemmen 12,13 en 14.
- Op voorhand de shunt 13-14 verwijderen.
• Veiligheid te weinig water (PH
- Op voorhand de shunt 4-6 verwijeren.
Klemmenstrook C2
• Brander : Klemmen 1 (blauw), 2 (groen/geel) en
3 (rood) Gebruik een kabel van 3 x 0,75 mm
Klemmenstrook C1 (gevolg)
Voedingskabel : klem 1 (blauw), 2 (Groen/geel) en 3
(rood)
Het toestel moet op 230 V - 50 Hz gevoed worden, faze
bescherms door een smeltzekering van 5A en op de
aarde aangesloten worden met een waarde van minder
dan 100 ohm). Gebruik een kabel van 3 x 0,75 mm
minimum.
- De draadklemmen gebruiken om iedere toevallige
uitschakeling te vermijden.
De draadklem kan in ook welke kant gebruikt worden
volgens het aantal of de dikte van de kabels.
Opmerking : de schakelaar die op het bedieningsbord
staat ontslaat niet van een reglementaire generale
schakelaar op de installatie te plaatsen.
8
O) : klemmen 4, 5 en 6
2
2
minimum.
2
Figuur 9 - Omkantelen van bedieningsbord
2 3 0 V ~
N e u t r a a l
F a z e
L
N
1 2 3 4 5 6 7
Figuur 10 - Differentiële bescherming
8 9 1 0 1 1 1 2 1 3 1 4
Gebruiksaanwijzing "878"