Herbert Kreitel HD 150 Manuel page 85

Minimum-maximummeting (zie afbeelding
De minimum- en maximummeting dient voor de bepaling van de minimum-
of maximumafstand vanuit een vast referentiepunt. Deze helpt bijvoorbeeld
bij de bepaling van verticale en horizontale lijnen (minimumwaarde) en dia-
gonalen (maximumwaarde).
Druk op de toets
mummeting wilt gaan. In het display wordt het symbool
Druk op de toets Meten 7 wanneer u de minimum- en maximummeting
wilt onderbreken. De huidige meetwaarden worden in het display weerge-
geven. Wanneer u nogmaals op de toets Meten 7 drukt, begint de mini-
mum- en maximummeting opnieuw.
Indirecte lengtemeting (zie afbeelding
Indirecte lengtemeting dient voor het meten van afstanden die niet recht-
streeks kunnen worden gemeten omdat een obstakel de laserstraal be-
lemmert of geen doeloppervlak als reflector beschikbaar is. Optimale re-
sultaten worden alleen bereikt als laserstraal en meetafstand een
nauwkeurige rechte hoek vormen (stelling van Pythagoras).
In het afgebeelde voorbeeld moet lengte „C" worden bepaald. Daarvoor
moeten „A" en „B" worden gemeten.
Druk op de toets voor de indirecte lengtemeting
modus van de indirecte lengtemeting wilt gaan. In het display wordt het
symbool voor de indirecte lengtemeting
Na de tweede meting wordt lengte „C" automatisch berekend en hele-
maal onderaan in het display weergegeven. De afzonderlijke meetwaar-
den worden rechts boven weergegeven.
Meetwaarden opslaan of optellen
Wanneer bijvoorbeeld een oppervlaktewaarde in het geheugen aanwezig
is en de huidige meetwaarde een volumewaarde is, kan de optelling niet
worden uitgevoerd. In het display knipperen kort de letters „ERROR".
1 609 929 E86 • (02.12) T
1 wanneer u naar de modus voor minimum- en maxi-
Druk de toets Meten 7 verder in wanneer u wilt
meten.
Beweeg de laserpunt over het gewenste doel-
punt (bijvoorbeeld de hoek van een ruimte) zo
heen en weer dat de achterkant van het appa-
raat daarbij als referentiepunt van de meting op
dezelfde plaats blijft.
Rechts boven in het display worden de mini-
mum- en maximummeetwaarde weergegeven.
www.kreitel-vermessungsgeraete.de
Meet net als bij een lengtemeting de afstand
„A". Let er daarbij op dat er een rechte hoek
tussen de laserstraal en de afstand „C" is.
Meet vervolgens afstand „B".
Tijdens de meting moet de achterkant van het
apparaat als referentiepunt op dezelfde plaats
blijven.
Wanneer u op toets
waarde die onderaan in het display staat (een
lengte-, oppervlakte- of volumewaarde, afhan-
kelijk van de huidige meetfunctie) opgeslagen.
In het display wordt kort „M+" weergegeven
en vervolgens „M".
Wanneer reeds een waarde in het geheugen
aanwezig is, wordt de nieuwe waarde bij de in-
houd van het geheugen opgeteld, echter alleen
wanneer de maateenheden overeenkomen.
Nederlands–9
+ )
D E
)
F
13 wanneer u naar de
weergegeven.
16 drukt, wordt de
weergegeven.