Instellen Van De Signaaluitvoer - Mitsubishi Electric MAC-334IF-E Mode D'emploi

11. Instellen van de signaaluitvoer

■ De SYSTEM CONTROL-interface aansluiten
Ieder relais kan worden ON/OFF geschakeld synchroon aan de status ON/OFF, fout/okay, verwarming ON
verwarming UIT en bevochtiger ON bevochtiger OFF van de kamerairconditioner.
➊
Interface-unit
Binnenunit
SW500
SW502
Gebruik een kabel van 0,5 mm 2
De kabel moet in TB530 passen en voor 12 V gelijkstroom geschikt zijn.
Opmerkingen
• Aansluitklem TB530 voor stroomtoevoer is gepolariseerd; controleer dus of de polariteit van de aansluitklemmen correct is voordat u de kabels aansluit.
• Verbind geen 12 V gelijkstroom van de gelijkstroomtoevoer met TB571.
• Controleer de polariteit wanneer u een relais met ingebouwde diode gebruikt. C van TB571 heeft een positieve potentiaal
● Bij TB571 en TB530 steekt u eerst een sleufkopschroevendraaier in de klem, voordat u de kabels erin stopt.
● De juiste draad voor TB571 en TB530 is als volgt. Gevlochten draad: 0,3 mm
● De afstripafmetingen van de elektrische draad voor TB571 en TB530 zijn 7 mm tot 10 mm.
● De kabellengte van de interface tot Relais 1 en Relais 2 moet minder dan 50 m zijn.
■ Instelling bij gebruik van uitvoer van statussignalen
Functies Schakelaarnummer
SW500
ON
1 2 3 4
ON/OFF, fout/
SW502
okay uitvoer ON (AAN)
ON
1 2 3
OFF (UIT)
SW500
ON
1 2 3 4
ON/OFF, ver-
SW502
warmingregelaar
ON (AAN)
uitvoer
ON
1 2 3 4
OFF (UIT)
SW500
ON
ON/OFF,
1 2 3 4
SW502
bevochtiger-
ON (AAN)
regelaar uitvoer
ON
1 2 3
OFF (UIT)
SW500
ON
Verwarmingrege-
1 2 3 4
SW502
laar, bevochtiger-
ON (AAN)
regelaar uitvoer
ON
1 2 3 4
OFF (UIT)
SW500
ON/OFF (AAN/
ON
UIT), uitgang
1 2 3 4
bediening ver-
SW502
warming (enkele
ON
handeling)*
1 2 3 4
– +
R2 C
R1
TB571 TB530
(Grijs) (Hemels-
blauw)
12 V gelijk-
–
CN560
stroomtoe-
voer
+
Gelijkstroomtoevoer: 12 V gelijkstroom (+10 %, -0 %) 5 W of meer.
Gebruik een stroomtoevoer met dubbele of versterkte isolatie.
of meer.
SW502-1: OFF
• Relais 1 staat aan wanneer de kamerairconditioner is ingeschakeld, en uit wanneer de kamerair-
conditioner is uitgeschakeld.
5 6 7 8
• Relais 2 staat aan wanneer de kamerairconditioner defect is, en uit wanneer de kamerairconditio-
ner normaal werkt.
SW502-1: ON
• Het gedrag van relais 1 en 2 is omgekeerd aan dat van die erboven.
4 5 6 7 8
SW502-1: OFF
• Relais 1 staat aan wanneer de kamerairconditioner is ingeschakeld, en uit wanneer de kamerair-
conditioner is uitgeschakeld.
• Wanneer de airconditioner werkt met de verwarmingsmodus (automatisch verwarmen) en de kamer-
5 6 7 8
temperatuur 2,5 ºC lager wordt dan de ingestelde temperatuur, wordt relais 2 (verwarming) geactiveerd.
Wanneer de airconditioner werkt met een andere modus dan de verwarmingsmodus (automatisch verwar-
men) of wanneer op OFF gesteld, of wanneer de kamertemperatuur hoger wordt dan de ingestelde tempera-
tuur, wordt relais 2 (verwarming) uitgeschakeld.
5 6 7 8
SW502-1: ON
• Het gedrag van relais 1 en 2 is omgekeerd aan dat van die erboven.
SW502-1: OFF
• Relais 1 staat aan wanneer de kamerairconditioner is ingeschakeld, en uit wanneer de kamerair-
conditioner is uitgeschakeld.
5 6 7 8
• Wanneer de airconditioner werkt met de verwarmingsmodus (automatisch verwarmen), wordt relais 2 (bevoch-
tiger) ingeschakeld. Wanneer de airconditioner met een andere modus dan de verwarmingsmodus (automa-
tisch verwarmen) werkt of wanneer op OFF gesteld, wordt relais 2 (bevochtiger) uitgeschakeld
SW502-1: ON
4 5 6 7 8
• Het gedrag van relais 1 en 2 is omgekeerd aan dat van die erboven.
SW502-1: OFF
• Wanneer de airconditioner werkt met de verwarmingsmodus (automatisch verwarmen) en de kamer-
temperatuur 2,5 ºC lager wordt dan de ingestelde temperatuur, wordt relais 1 (verwarming) geactiveerd.
Wanneer de airconditioner werkt met een andere modus dan de verwarmingsmodus (automatisch
verwarmen) of wanneer op OFF gesteld, of wanneer de kamertemperatuur hoger wordt dan de
5 6 7 8
ingestelde temperatuur, wordt relais 1 (verwarming) uitgeschakeld.
• Wanneer de airconditioner werkt met de verwarmingsmodus (automatisch verwarmen), wordt relais 2 (bevoch-
tiger) ingeschakeld. Wanneer de airconditioner met een andere modus dan de verwarmingsmodus (automatisch
verwarmen) werkt of wanneer op OFF gesteld, wordt relais 2 (bevochtiger) uitgeschakeld.
5 6 7 8
SW502-1: ON
• Het gedrag van relais 1 en 2 is omgekeerd aan dat van die erboven.
Relais 1 is aan wanneer ON (AAN) is ingesteld door de systeemafstandsbediening, ME-afstandsbedie-
ning of MA-afstandsbediening en uit wanneer OFF (UIT) is ingesteld door deze afstandsbedieningen.
Wanneer de kamertemperatuur de ingestelde temperatuur of lager bereikt in de verwarmingsstand
(automatische verwarming), schakelt het relais 2 (verwarming) aan. Wanneer andere modus dan
verwarming (automatische verwarming) of OFF (UIT) is ingesteld door de systeemafstandsbedie-
ning, ME-afstandsbediening of MA-afstandsbediening of wanneer de kamertemperatuur hoger wordt
5 6 7 8
dan de ingestelde temperatuur + 1 ºC, schakelt relais 2 (verwarming) uit.
* Deze functie is bedoeld om de verwarming te activeren in de verwarmingsstand in plaats van de
airconditioner. De airconditioner stopt in de verwarmingsstand.
Gebruik de aan de airconditioner bevestigde afstandsbediening niet. Als u deze gebruikt, kan de
5 6 7 8
werking eventueel niet overeenkomen met de instelling.
De detectieplek voor de kamertemperatuur wordt bepaald door de plek waar de MA-afstandsbedie-
ning wordt geplaatst, zorg er dus voor dat u deze aansluit op de interface-unit.
R2
Relais 2
Relais 1, 2:
(Spoelvermogen van 12 V
R1
gelijkstroom, 1,0 W of minder.)
Gebruik relais met versterkte isolatie.
Relais 1
+
en R1 en R2 een negatieve potentiaal
2 2
tot 1,25 mm solide draad: ø 0,4 mm tot ø 1,2 mm
Werking
Schroevendraaier
Aansluit-
klem
Steek maximaal één aansluitkabel
in iedere aansluitklem van TB571
en TB530.
hebben.
39