Reely ROAD 23 80 33 Notice D'emploi page 84

b) Ingebruikneming
• De antennedraad van de ontvanger in het voertuig moet in het bijgevoegde antennebuisje worden verlegd; het
antennebuisje wordt verticaal in een speciale houder van het voertuig bevestigd.
Snijd de antennedraad nooit af, wikkel de antennedraad nooit op. Dit vermindert de reikwijdte heel sterk.
• Gebruik uitsluitend rijaccu's die geschikt zijn voor het voertuig (zie "Technische gegevens"). Bij gebruik met onge-
schikte rijaccu's bestaat het gevaar voor schade aan het voertuig (rijregelaar, ontvanger, servo's, motor). Gebruik de
verbrandingsmotor nooit via een adapter, ook niet om het model te testen.
• Schakel bij de ingebruikname steeds eerst de zender in. Pas daarna mag de rijaccu van het voertuig met de rijregel-
aar verbonden en de rijregelaar ingeschakeld worden. Dit kan anders tot onvoorziene reacties van het voertuig
leiden!
Plaats het voertuig voor het aansluiten van de rijaccu op een geschikte ondergrond, zodat de wielen vrij
kunnen draaien.
Controleer de schakelinstelling van de in-/uitschakelaar van de rijregelaar en breng deze in de stand
"OFF" (uitgeschakeld).
Schakel de zender in (indien nog niet gebeurd). Controleer zijn werking (vb. bedrijfsweergave van de
zender). Wanneer de batterijen/accu's zwak zijn, vervangt u deze door een nieuwe set.
Het voertuig is geschikt voor het gebruikt met een 4-cellige LiPo-accu of een 12-cellige NiMH-accu. Via de
meegeleverde Y-adapter kunnen ook twee identieke 2-cellige LiPo-accu's of twee 6-cellige NiMH-accu's
worden gebruikt. Gebruik nooit andere accu's of accu's met een hoger cellenaantal!
Sluit nu pas de rijaccu's aan de rijregelaar aan.
Houd het voertuig vast, breng de motor nog niet in. Gevaar voor verwondingen! Houd het voertuig nooit
aan de wielen vast! Zet nu de rijregelaar aan. De motor geeft verschillende piepsignalen weer (de motor
wordt daartoe kort via de rijregelaar aangestuurd), daarna is het voertuig gebruiksklaar.
• Controleer vóór het gebruik en terwijl het model stilstaat of het zoals verwacht op de commando´s van de afstands-
bediening reageert.
Stel de trimming voor gas-/remhendel op de zender zodanig in, dat zich bij volledig loslaten van de gas-/remhendel
(neutrale stand) van de motor niet meer draait. Programmeer evt. de neutrale en volgaspositie op de rijregelaar, zie
hoofdstuk 10.
Stel tenslotte de trimming voor de besturing in zodat de voorwielen ongeveer recht staan. Een precieze instelling
voor rechtdoor rijden kan later tijdens het rijden gebeuren.
84