Aansluitvoorbeeld Van Totale Systeembedrading; Aansluiten Van Stroom- En Transmissiekabels; Normen Voor Het Voedingscircuit En De Kabels - Panasonic U-4ML5DPQ Manuel D'installation

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 48
Aangezien deze unit is uitgerust met een inverter kan de
montage van een blindvermogencondensator niet alleen de
vergroting van de energiefactor belemmeren maar ook
abnormaal hoge temperaturen veroorzaken in de condensator
als gevolg van hogefrequentiegolven. Daarom mag u nooit een
blindvermogencondensator monteren.
Houd u bij de aanleg aan het elektrische bedradingsschema.
De draden moeten altijd worden geaard. (Overeenkomstig de
nationale voorschriften van het desbetreffende land).
Sluit de aardleiding niet aan op een gasleiding, riolering,
bliksemafleiders of een telefoonaarding.
Gasleidingen: kunnen ontploffen of vuur vatten in geval van
gaslekken.
Rioleringsbuizen: in geval van plastic buizen is er helemaal geen
sprake van aarding.
Telefoonaardingen en bliksemafleiders: gevaarlijk bij bliksem-
inslag omwille van abnormale stijging van elektrisch potentiaal in
de aarding.
Deze unit bevat een inverter en produceert dus ruis, die zal
moeten worden verminderd om interferentie met andere
apparaten te voorkomen. De externe behuizing van het product
kan een elektrische lading krijgen als gevolg van een elektrische
lekstroom, die via de aarding moet worden afgeleid.
XPQ: Sluit
voedingskabels
voedingskabels in omgekeerde fase worden aangesloten, geeft
de afstandsbediening van de binnenunit " U1 " aan en werkt de
apparatuur niet. Verwissel twee van de drie voedingskabels (L1,
L2 en L3) zodat ze in de juiste fase zijn aangesloten.

11.3. Aansluitvoorbeeld van totale systeembedrading

(Zie afbeelding 8)
1
Stroom
2
Aardlekschakelaar
3
Overstroomschakelaar aftakkingschakelaar (zekering)
4
Aarding
5
Afstandsbediening

11.4. Aansluiten van stroom- en transmissiekabels

Voer de stroomkabel (inclusief de aardingskabel) doorheen de
voedingsuitlaatpoort aan de voorkant, zijkant of achterkant van
de buitenunit.
Voer de transmissiekabels doorheen de kabeluitlaatpoort of de
leidingsuitlaatpoort, of maak een gat in de voorkant, de zijkant of
de achterkant van de buitenunit. (Zie afbeelding 9).
A
Naar de achterkant
B
Naar de zijkant
C
Naar de voorkant
1
Voedingsklemmenstrook (X1M)
2
Besturingsbedrading tussen units
3
Stroomkabel met aardingskabel. (Houd voldoende afstand tussen
de stroomkabel en de besturingsbedrading).
4
Klem (lokale levering)
5
Afsluiter montageplaat
6
Stroomkabel
7
Aardingskabel (geel/groen)
8
Bevestig de besturingsbedrading met de klem
9
Besturingsklemmenstrook (X2M)
Montagehandleiding
16
in
normale
fase
aan. Als
Voorzorgsmaatregelen bij het uitslaan van de breekplaten
Het uitslaan van een breekplaat gebeurt met een hamer.
Na het uitslaan van de breekplaten brengt u best wat reparatieverf
aan op de randen en omgeving om roestvorming te voorkomen.
Verwijder eventuele bramen van de uitbreekopeningen en
omwikkel de bedrading met beschermtape om beschadiging ervan
bij het doorvoeren te voorkomen.
Stop de uitbreekgaten dicht met verpakkingsmateriaal (ter
plaatse klaarmaken) als de mogelijkheid bestaat dat kleine
dieren via de gaten binnendringen in het systeem.
1
2
1
Uitbreekgat
2
Braam
3
Verpakkingsmateriaal
Gebruik een stroomdraadleiding voor de voedings-
draden.
Zorg ervoor dat buiten de unit de laagspannings-
draden (nl. die voor afstandsbediening, tussen de
units enz.) en de hoogspanningsdraden niet dichtbij
elkaar lopen, d.w.z. ten minste 50 mm van elkaar
verwijderd. Als ze te dicht bij elkaar liggen, kan
interferentie, storingen en breuk ontstaan.
Sluit de voedingskabel aan op de voedingsklemmen-
strook en klem deze vast zoals beschreven in
"11.4. Aansluiten van stroom- en transmissiekabels"
op pagina 16.
Bedrading tussen de units moet worden bevestigd
zoals beschreven in "11.4. Aansluiten van stroom- en
transmissiekabels" op pagina 16.
Bevestig de bedrading met klemmen zodat ze de
leidingen niet raakt.
Zorg ervoor dat de bedrading en de elektriciteitsdoos
niet boven de structuur uitsteken, en sluit de
afdekplaat stevig.

11.5. Normen voor het voedingscircuit en de kabels

Er moet een voedingscircuit (zie onderstaande tabel) worden voorzien
voor aansluiting van de unit. Dit circuit moet worden beveiligd met
behulp van de benodigde beveiligingen, met name een hoofd-
schakelaar,
een
trage
zekering
aardlekschakelaar.
U-4~6ML5DPQ
Fase en
1 N~50 Hz
frequentie
Spanning
220-240 V
Aanbevolen lokale
32 A
zekering
Minimaal
opgenomen
27
vermogen in het
(*)
circuit (MCA)
Doorsnede
transmissiekabels
(†)
Draadtype
(*) De opgegeven waarden zijn maximumwaarden (zie elektrische data van
combinatie met binnenunits voor precieze waarden).
(†) Alleen voor beveiligde leidingen. H07RN-F gebruiken als geen beveiligde
leidingen worden gebruikt.
3
op
elke
fase
en
een
U-4~6ML5XPQ
3 N~50 Hz
380-415 V
16 A
13,5
2
0,75~1,25 mm
H05VV
U-4~6ML5DPQ + U-4~6ML5XPQ
Urban Multi airconditioner
4PW40731-1

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

U-5ml5dpqU-6ml5dpqU-4ml5xpqU-5ml5xpqU-6ml5xpq

Table des Matières