Het Apparaat Monteren; Het Apparaat Ophangen; De Juiste Positie Van Het Apparaat Controleren En De Ophangbouten Vastzetten; Specificaties Voor Koelleidingen En Afvoerleidingen - Mitsubishi Electric CITY MULTI PEFY-P40VMH-E Manuel D'installation

Masquer les pouces Voir aussi pour CITY MULTI PEFY-P40VMH-E:
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 19

5. Het apparaat monteren

5.1. Het apparaat ophangen

s s s s s Breng het binnenapparaat naar de plaats van montage voordat u het uit-
pakt.
s s s s s Om het binnenapparaat op te hangen moet u het apparaat ophijsen met
een hefwerktuig en het ophangen door het door de ophangbouten te voe-
ren.
[Fig. 5.1.1] (P. 2)
A Apparaat
B Hefwerktuig
[Fig. 5.1.2] (P. 2)
C Moeren (Deze moet u zelf kopen.)
D Ringen
E Ophangbout M10 (Deze moet u zelf kopen.)

6. Specificaties voor koelleidingen en afvoerleidingen

Om dauwdruppels te voorkomen, moet u voldoende antizweet- en isolatiematerialen
op de koel- en afvoerleidingen aanbrengen.
Als u de koelleidingen plaatselijk koopt, moet u ervoor zorgen dat u plaatselijk te
krijgen isolatiemateriaal (met een warmtebestendigheid van meer dan 100 °C en
een dikte zoals hieronder is aangegeven) op zowel de vloeistofleiding als de gas-
leiding aanbrengt.
Zorg er ook voor dat u plaatselijk te krijgen isolatiemateriaal (met een specifieke
zwaartekracht van 0,03 voor polyethyleen en een dikte zoals hieronder aangege-
ven) op alle leidingen die door kamers lopen, aanbrengt.
6.1. Specificaties voor koelleidingen en afvoerleidingen
[Fig. 6.1.1] (P. 2)
A Afmetingen insneden voor flens
C Breng koelmachine-olie aan over het gehele oppervlak van de flenszitting
A Afmetingen insneden voor flens
Buitendiameter (O.D.) koperen buis (mm)
B Afmetingen koelleidingen & aantrekkoppel flensmoeren
Vloeistofleiding
Aantrek-
Afmetingen
buis
P40
O.D. ø6,35 (1/4")
14 – 18
P50
O.D. ø6,35 (1/4")
34 – 42
P63/71/80
O.D. ø9,52 (3/8")
34 – 42
P100/125/140
O.D. ø9,52 (3/8")
34 – 42
* Gebruik de bijgeleverde flensmoeren voor de volgende leidingen: Vloeistofleiding van P50, P100, P125, P140 en gasleiding van P50.
Vloeistofleiding
P200
O.D. ø9,52 (3/8")
P250
O.D. ø9,52 (3/8")
6.2. Koelleiding, afvoerleiding en vul-
opening
[Fig. 6.2.1] (P. 3)
Type 40 – 140
Type 200 · 250
A Luchtinlaat
C Koelstofleiding (gasvormig)
E Aftapuitgang
B Afmetingen koelleidingen & aantrekkoppel flensmoeren
ø6,35
ø9,52
ø12,7
ø15,88
ø19,05
R410A
Gasleiding
Aantrek-
Afmetingen
koppel
koppel
buis
(N·m)
(N·m)
O.D. ø12,7 (1/2")
49 – 61
O.D. ø12,7 (1/2")
68 – 82
O.D. ø15,88 (5/8")
68 – 82
O.D. ø15,88 (5/8")
100 – 120
R410A
Gasleiding
O.D. ø19,05 (3/4")
O.D. ø22,2 (7/8")
B Koelstofleiding (vloeibaar)
D Besturingsdoos
F Luchtuitlaat
5.2. De juiste positie van het apparaat
controleren en de ophangbouten
vastzetten
s s s s s Gebruik het patroon dat met het paneel is meegeleverd om te controle-
ren dat het apparaat en de ophangbouten op de juiste plaats zitten. Als
zij niet op de correcte plaats zitten, kan dit resulteren in dauwdruppels
door windlekken. Zorg ervoor dat u de relatieve posities controleert.
s s s s s Gebruik een waterpas om te controleren dat het oppervlak aangegeven
door A A A A A vlak is. Zorg ervoor dat de moeren van de ophangbouten goed
vastgedraaid zijn om de ophangbouten vast te zetten.
s s s s s Om ervoor te zorgen dat de afvoer leeg kan lopen, moet u zich er met een
waterpas van verzekeren dat het apparaat horizontaal hangt.
[Fig. 5.2.1] (P. 2)
A Onderkant van binnenapparaat
Voorzichtig:
Zorg ervoor dat u het apparaat horizontaal ophangt.
1 Selecteer de dikte van het isolatiemateriaal aan de hand van de diameter van
de leiding.
Diameter leiding
6,4 mm – 25,4 mm
28,6 mm – 38,1 mm
2 Als het apparaat gebruikt wordt op de hoogste verdieping van een gebouw en
in omstandigheden met een hoge temperatuur en luchtvochtigheid, moet u
leidingen met een grotere diameter en dikkere isolatie gebruiken dan die hier-
boven is aangegeven.
3 Als de klant specificaties heeft, volg die dan simpelweg op.
Flensafmetingen ø A afmetingen (mm)
R407C of R22
Vloeistofleiding
Aantrek-
Afmetingen
Afmetingen
koppel
buis
buis
(N·m)
O.D. ø6,35 (1/4")
14 – 18
O.D. ø12,7 (1/2")
O.D. ø9,52 (3/8")
34 – 42*
O.D. ø15,88 (5/8")
O.D. ø9,52 (3/8")
34 – 42
O.D. ø15,88 (5/8")
O.D. ø9,52 (3/8")
34 – 42
O.D. ø19,05 (3/4")
Vloeistofleiding
O.D. ø12,7 (1/2")
O.D. ø12,7 (1/2")

6.3. Verbindingen van de koelstofleidingen

Aansluiten van de koelstofleidingen
Nadat de koelstofleidingen zijn aangesloten, moeten de verbindingen (knel-
koppelingen) worden geïsoleerd met een thermische isolatiemof, zoals hier-
onder aangegeven.
[Fig. 6.3.1] (P. 3)
Type 40 – 140
A Mof voor thermische isolatie 1
Dikte isolatiemateriaal
Minimaal 10 mm
Minimaal 15 mm
8,7 – 9,1
12,8 – 13,2
16,2 – 16,6
19,3 – 19,7
22,9 – 23,3
Flensmoer buitendiameter
(O.D.)
Gas pipe
Aantrek-
Vloeistof-
koppel
leiding
(N·m)
(mm)
49 – 61
17
68 – 82*
22
68 – 82
22
100 – 120*
22
R407C of R22
Gasleiding
O.D. ø25,4 (1")
O.D. ø28,58 (1·1/8")
Gasleiding
(mm)
27
29
29
36
43

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières