24
Installatie
Alle cycli moeten gecontroleerd worden in overeenstemming met IEC 61121 (Wasdrogers
voor huishoudelijk gebruik – Methodes voor het meten van de prestatie).
Installatie
Het apparaat vervoeren
Kantel het apparaat om het te vervoeren, uitslui-
tend op zijn linkerkant (zie afbeelding), als het niet
rechtop vervoerd kan worden.
Plaatsing van het apparaat
• Voor uw gemak wordt geadviseerd de machine dichtbij de wasmachine te plaatsen.
• De wasdroger moet op een schone plaats worden geïnstalleerd, waar geen vuilophoping
kan plaatsvinden.
• Lucht moet vrij kunnen circuleren rond het hele apparaat. Belemmer het voorste lucht-
rooster en het achterste luchtrooster niet.
• Om trillingen en geluid tot een minimum te beperken wanneer de droger in gebruik is,
moet deze op een stabiel horizontaal vlak geplaatst worden.
• Zodra het apparaat op zijn definitieve plaats staat, dient gecontroleerd te worden of de
droger wel helemaal horizontaal staat met behulp van een luchtbelwaterpas. Is dit niet
het geval, stel dan de stelpootjes af totdat dit wel het geval is.
• De pootjes mogen nooit verwijderd worden. Belemmer de speling tussen het apparaat
en de vloer niet met hoogpolig tapijt, houten strips of dergelijke. Hierdoor kan er hitte
worden opgebouwd die storing kan veroorzaken bij de bediening van dit apparaat.