SCOTT HEALTH & SAFETY Proflow Ex Instructions D'utilisation page 54

52
Ventilatoreenheid Proflow Ex
Bestelnr. 063781
EU-typegekeurd door Berufsgenossenschaftliches Institut für Arbeitssicherheit, D- 53754 Sankt Augustin, Duitsland, ID: 0121.
1 Algemeen
Proflow Ex is een systeem voor ademhalingsbescherming, bedoeld voor gebruik in
explosiegevaarlijke ruimtes, dat dient om de gebruiker van schone, gefilterde lucht te voorzien in
een gezondheidsgevaarlijke omgeving. Het ventilatorapparaat bestaat uit een aan een riem te
dragen blazer met een batterij en twee filters. De ademlucht wordt met elektronisch control door de
filters geleid en vervolgens via de ademslang naar het gelaatsstuk gevoerd.
Proflow Ex kan worden gebruikt in combinatie met een volgelaatsmasker, halfmasker of
gelaatsscherm.
2 Gebruiksbeperkingen
2.1 Filtertoestellen mogen niet worden gebruikt wanneer de omstandigheden onbekend zijn.
Gebruik bij twijfel altijd een isolerend ademhalingstoestel dat onafhankelijk van de omgevingslucht
functioneert.
2.2 Filtertoestellen mogen niet worden gebruikt in nauwe ruimtes (bijv. tanks, tunnels) waarin
zuurstoftekort kan ontstaan of waarin zware zuurstofverdringende stoffen (bijv. kooldioxide)
voorkomen.
2.3 Filtertoestellen mogen alleen worden gebruikt wanneer de verontreinigde lucht 18 - 23 vol.%
zuurstof bevat.
2.4 Gasfilters bieden geen bescherming tegen partikels, en partikelfilters op hun beurt beschermen
niet tegen gassen of dampen. Gebruik bij twijfel altijd een combinatiefilter.
2.5 De normale filtertoestellen bieden geen bescherming tegen bepaalde gassen, zoals CO
(koolmonoxide), CO
2.6 Partikelfilters mogen slechts eenmaal tegen radioactieve stoffen, micro-organismen (virussen,
bacteriën, schimmel en sporen) of enzymen gebruikt worden.
2.7 Een goede bescherming wordt niet bereikt als de aansluiting van de afdichtrand van het
gelaatsstuk door haar, baard of brilmontuur wordt gehinderd.
2.8 Bij gebruik van het ademhalingstoestel in een explosiegevaarlijke omgeving moeten de
hiervoor geldende voorschriften opgevolgd worden.
2.9 Tijdens het gebruik van het ademhalingstoestel moet de blazer ingeschakeld zijn. Indien
deze namelijk uitvalt, werkt het toestel niet langer als adembescherming, en is het mogelijk dat er
in korte tijd een ophoping van kooldioxide ontstaat. Deze situatie geldt als een uitzonderlijke toestand.
2.10 Bij een te hoge ademfrequentie kan het zijn dat er in het gelaatsstuk negatieve druk
(onderdruk) ontstaat tijdens pieken van de inademing.
2.11 Gebruiksomstandigheden: -10 °C...+30 °C, relatieve vochtigheid (RH) minder dan 75 %.
2.12 In explosiegevaarlijke ruimtes mag de Proflow Ex wel worden gebruikt, maar niet worden
geopend of opgeladen. Explosiebeschermingsklasse: EEx ib IIC T3 (EN 50014 en EN 50020); VTT
No. Ex-00.E.005X. (De T3-aanduiding betekent dat het apparaat bij defect raken niet zoveel
warmte ontwikkelt dat de buitenkant heter dan 200°C wordt.)
3 Technische gegevens
• Op het ventilatorapparaat moeten twee schroeffilters bevestigd worden. De schroefdraad van
filter en ademslang van het ventilatorapparaat is conform EN 148-1. Gebruik met de Proflow Ex
altijd twee filters van hetzelfde type en dezelfde klasse.
• Automatische regeling van de luchttoevoer minstens 120 l/min.
• Display en alarmzoemer.
• Oplaadbare NiMH batterij 9,6 V/3,8 Ah.
• Werkingstijd met volle batterij minstens 4 uur.
• Gewicht van het ventilatorapparaat zonder filters 1,5 kg.
(kooldioxide) en N
2
(stikstof).
2
NEDERLANDS