nl
13.4 Onderdelen eruit halen......... 101
13.5 Apparaatonderdelen de-
monteren .............................. 102
14 Storingen verhelpen .............. 103
14.1 Stroomuitval.......................... 105
14.2 Apparaatzelftest uitvoeren.... 105
15 Opslaan en afvoeren.............. 105
15.1 Apparaat buiten gebruik
stellen ................................... 105
15.2 Afvoeren van uw oude ap-
paraat ................................... 106
16 Servicedienst.......................... 106
16.1 Productnummer (E-nr.) en
productienummer (FD) ......... 107
17 Technische gegevens............ 107
84