Vaillant sensoCOMFORT VRC 720f/3 Notice D'utilisation Et D'installation page 133

2 Productbeschrijving
2.1 Welke terminologie wordt gebruikt?
–
Systeemthermostaat: in plaats van VRC 720f
–
Afstandsbediening: in plaats van VR 92f
–
FM3 of functiemodule FM3: in plaats van VR 70
–
FM5 of functiemodule FM5: in plaats van VR 71
2.2 Waar zorgt de vorstbeveiligingsfunctie
voor?
De vorstbeschermingsfunctie beschermt de CV-installatie en
de woning tegen schade door bevriezing.
Bij buitentemperaturen
–
die langer dan 4 uur onder 4 °C zijn schakelt de sys-
teemthermostaat de warmteopwekker in en regelt de ge-
wenste kamertemperatuur op minimaal 5 °C.
–
boven 4 °C schakelt de systeemthermostaat de warmte-
opwekker niet in, maar bewaakt de buitentemperatuur.
2.3 Wat betekenen de volgende temperaturen?
Gewenste temperatuur is de temperatuur, waarop de
woonruimtes verwarmd of gekoeld moeten worden.
Verlagingstemperatuur is de temperatuur, die buiten het
tijdvenster niet mag worden onderschreden in de woonruim-
tes.
Aanvoertemperatuur is de temperatuur, waarmee het CV-
water de warmteopwekker verlaat.
Warmwatertemperatuur is de temperatuur, waarop de
warmwaterboiler moet worden verwarmd.
2.4 Wat is de zone?
Een gebouw kan in meerdere delen worden verdeeld, die
zones worden genoemd. Elke zone kan een andere eis aan
de CV-installatie hebben.
Voorbeelden voor de indeling in zones:
–
In een huis zijn vloerverwarming (zone 1) en een radia-
torsysteem (zone 2) aanwezig.
–
In een huis zijn er meerdere zelfstandige woonunits..
Elke woonunit krijgt een eigen zone.
2.5 Wat is de circulatie?
Een aanvullende waterleiding wordt met de warmwaterlei-
ding verbonden en vormt een circuit met de warmwaterboi-
ler. Een circulatiepomp zorgt voor een continu rondlopen van
warm water in het buisleidingsysteem, zodat ook bij tappun-
ten die zich verder weg bevinden direct warm water beschik-
baar is.
0020288147_04 Gebruiksaanwijzing en installatiehandleiding
2.6 Wat is een vastewaarderegeling?
De systeemthermostaat regelt de aanvoertemperatuur op
twee vast ingestelde temperaturen, die onafhankelijk van de
kamer- of buitentemperatuur zijn. Deze regeling is onder an-
dere geschikt voor een luchtdeur of een zwembadverwar-
ming.
2.7 Voorwaarden voor de CV-functie
–
De buitentemperatuur moet lager zijn dan de tempera-
tuur, die de vakman in de functie MENU | INSTELLIN-
GEN | Installateursniveau | Installatieconfiguratie |
Circuit 1 | BT-uitschakelgrens: °C heeft ingesteld.
–
In de functie MENU | REGELING | Zone | Verwarmen |
Modus: heeft u Manueel of Tijdgestuurd gekozen.
–
De warmwaterfunctie is niet actief.
–
De vakman heeft voor de functie MENU | INSTELLIN-
GEN | Installateursniveau | Installatieconfiguratie |
Circuit 1 | Ext. warmtevraag: ingesteld, dat een signaal
van een externe thermostaat een zone kan deactiveren.
De functie heeft het bedrijf van een zone vrijgegeven.
Let bij warmtepompen bovendien op het volgende:
–
De vakman heeft in de functie MENU | INSTELLINGEN
| Installateursniveau | Installatieconfiguratie | Instal-
latie | Energiebedrijf: ingesteld, dat een externe signaal
de CV-functie kan deactiveren. De functie heeft de CV-
functie vrijgegeven.
Bij warmtepompen, die met de functie koelmodus zijn uitge-
voerd, let u bovendien op het volgende:
–
De functie MENU | REGELING | Koelen gedurende
enkele dagen moet zijn uitgeschakeld.
–
De vakman heeft de functie MENU | INSTELLINGEN |
Installateursniveau | Installatieconfiguratie | Installa-
tie | Automatisch koelen: geactiveerd. De functie scha-
kelt automatisch om tussen CV- en koelmodus. De func-
tie heeft de CV-functie vrijgegeven.
–
De vakman heeft in de functie MENU | INSTELLINGEN
| Installateursniveau | Installatieconfiguratie | Confi-
guratie WP-regelmodule | ME: de Ext. koelmodus in-
gesteld. Door een signaal van een externe thermostaat
wordt tussen CV- en koelmodus omgeschakeld. Zolang
geen signaal actief is, is de CV-functie actief.
2.8 Voorwaarden voor de koelmodus
–
De warmtepomp is uitgerust met de functie koelmodus.
–
De vakman heeft de warmtepomp via de benodigde func-
ties voor de koelmodus ingesteld.
Koelmodus naderhand instellen (→ Hoofdstuk 5.4)
–
In de functie MENU | REGELING | Zone | Koelen | Mo-
dus: heeft u Manueel of Tijdgestuurd gekozen.
–
De warmwaterfunctie is niet actief.
–
De vakman heeft voor de functie MENU | INSTELLIN-
GEN | Installateursniveau | Installatieconfiguratie |
Circuit 1 | Ext. warmtevraag: ingesteld, dat een signaal
van een externe thermostaat een zone kan deactiveren.
De functie heeft het bedrijf van een zone vrijgegeven.
–
De vakman heeft in de functie MENU | INSTELLINGEN
| Installateursniveau | Installatieconfiguratie | Instal-
latie | Energiebedrijf: ingesteld, dat een externe signaal
de koelmodus kan deactiveren. De functie heeft de koel-
modus vrijgegeven.
–
Aan één van de volgende voorwaarden moet zijn vol-
daan:
133