Regeling Van De Elektroden; Regeling Van De Luchtklep; Inschakelen Van De Pomp - FRANCO BELGE Sunambiance 3223 BVI Notice De Référence

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Sunambiance 3223 BVI - ref. 972 23 11 Z
Circulatiepomp verwarming 2 : klemmen 14, 15 en 16.
Electrische voeding : klemmen 1, 2 en 3
Afmetingen van de electrische voeding
Gebruiksspanning 230V ~ 50 HZ
Aarde minder dan 30 ohm.
Faze beschermd door een smeltzekering van 5A
Gebruik een soepele kabel van 3 x 0,75 mm2 minimum
van het type H05VV-F.
De kabels met de draadklemmen vastdraaien, om
iedere toevallige uitschakeling te vermijden.
De aardingsdraad moet langer zijn tussen zijn
aansluitklem en de draadklem dan de 2 andere draden.
2.8
Verificatie en inwerkingstelling
De installatie spoelen en de dichtheid ervan
kontroleren.
De installatie met water vullen.
F
Gedurende het vullen van de installatie, niet de
circulatiepomp laten draaien, alle afblaaskra-
nen openen van de installatie ten einde de lucht
te verwijderen van de kanalisaties.
F
Om de serpentin van de boiler te ontluchten, de
manuële ontluchter (kent. 9, fig. 6, bl. 5) openen.
De afblaaskranen sluiten en het water laten bijkomen
totdat de druk van de kringloop tussen 1,5 en 2 bar
komt.
De klassieke verificaties uitvoeren van de brander en
zijn energie aanvoer.
De goede hechting van de elektrische aansluitingen op
de aansluitklemmen controleren.
Het toestel op het net aansluiten en inschakelen (zie
instrukties voor de gebruiker).

1 - Regeling van de luchtklep

2 - Hulzen voor voelers
3 - Opnemingspunt voor rookanalyse
4 - Kijkluik
5 - Testknop van de veiligheidsklep
6 - Automatische ontluchter
Figuur 21
Gebruiksaanwijzing "1101"
2.9
Regeling van de brander
Sproeier met
Pompdruk
antidruppelklep
GPH en hoek
0,5 - 60° E

2.9.1 Regeling van de elektroden

Kontroleer de centrering van de sproeier (fig. 22).
Vermijd de uitmonding van het sproeistuk met de
vingers aan te raken.
2.9.2 Regeling van de luchtklep
De luchtklep is in de fabriek geregeld voor een CO
gehalte tussen 11,5 en 12, brander warm ; stockage van
de brandolie op 5 °C. De regeling opnieuw uitvoeren
indien nodig.

2.9.3 Inschakelen van de pomp

Twee buizen : Voor de ontsteking van de brander,
kontroleren of de retourbuis naar de tank niet verstopt
is, anders zou het dichtingssysteem op de pompas
kunnen springen.
Kontroleren dat er mazout in de aanzuigleiding
aanwezig is ; de pomp nooit droog laten draaien.
Monobuis : De stop (kent. 6, fig. 23) voor de
onderdrukmeter losdraaien en wachten tot er mazout
uitkomt. De brander doen draaien, de fotocel verlichten
en de lucht aftappen langs de drukopnemingsopening
van de manometer.
Figuur 22 - Regeling van de elektroden
Figuur 23 - Inschakelen van de pomp
Voorschriften voor de installateur
Stookolie debiet
warme brander
bar
kg/u
12
2,17
1 - Uitgang naar
sproeierlijn
2 - Drukopneming voor
manometer
3 - Drukregeling
4 - Retour
5 - Aanzuiging
6 - Drukopneming voor
onderdrukmeter
2
13

Publicité

Chapitres

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

972 23 11 z

Table des Matières