Werkingsstrategie Van Het Systeem - Dantherm HCC 2 ALU Manuel De Service

Werkingsstrategie van het systeem

Inleiding
Ontdooien
Voorverwarmen
(Toebehoor)
198
Dit hoofdstuk behandelt de werkingsstrategie onder diverse omstandigheden. Voor meer
details over een gebruikersspecifieke werking, zie de gebruikershandleiding op pagina 214.
In koude weersomstandigheden wanneer T1 lager is dan -4 °C en T4 lager dan +8 °C, kan het
condenswater in de warmtewisselaar bevriezen en zo de luchtstroom blokkeren, hetgeen
uiteindelijk kan leiden tot het defect raken van de warmtewisselaar.
Om dat te vermijden, wordt onderstaande sequentie gestart.
• De snelheid van de toevoerventilator neemt per seconde af met 3 tpm tot het minimum
toerental wordt bereikt.
• Na 10 seconden draaien aan die snelheid valt de toevoerventilator volledig stil, terwijl
de afblaasventilator warme lucht blijft toevoeren naar het warmtewisselaarelement om
mogelijke ijsvorming te verwijderen.
• Van zodra T4 opnieuw hoger komt dan +8 °C, draait de toevoerventilator aanvankelijk op
het minimum toerental om daarna telkens met 3 omwentelingen per seconde de snelheid
op te drijven tot het gewenste toerental opnieuw wordt bereikt.
• Daalt tijdens die cyclus van snelheidstoename T4 onder de +2 °C, dan zal de snelheid van
de toevoerventilator opnieuw afnemen.
• Is T1 gedurende 4 minuten en 25 seconden lager dan of gelijk aan -13 °C, zelfs bij
geactiveerde ontdooimodus, zal de unit gedurende 30 minuten alle werking stilleggen,
om daarna te proberen terug te keren naar de vorige bedrijfstoestand. Is er elektrische
voorverwarming voorzien, dan blijft deze modus van volledige stillegging gedeactiveerd.
De ontdooiwerking zorgt voor onderdruk in de woning, zodat wanneer de openhaardfunctie
geactiveerd is terwijl er ontdooid dient te worden, de unit gedurende 4 uur volledig
uitgeschakeld blijft. Instelwaarden kunnen niet worden gewijzigd.
Bij geactiveerde ontdooimodus zal op het display van alle verbonden afstandsbedieningen

verschijnen maar wanneer de ontdooimodus alle werking heeft gestopt, dan knippert

de temperatuur T1 op het display.
Is er een voorverwarmer geïnstalleerd, dan wordt de binnenkomende buitenlucht T1
elektrisch opgewarmd om de ontdooibehoeften te beperken en de temperatuur van de
toevoerlucht te verhogen.
• In de installateursmodus kan via de master-afstandsbediening de voorverwarmer
geactiveerd dan wel gedeactiveerd worden.
• Voorverwarming wordt bepaald door sensor T1.
• Wanneer de buitentemperatuur kouder is dan -3 °C of de toevoerlucht kouder is dan
16,5 °C, dan zal de voorverwarmer op 10% worden aangestuurd.
• Na telkens 60 seconden vermeerdert/vermindert de aansturing met 10% afhankelijk van
de temperaturen T1 of T2.
Temperatuurinstelpunten kunnen niet worden gewijzigd.
Productbeschrijving: Werkingsstrategie van het systeem