Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 27
GEVAAR
Verwondingsgevaar! Bij alle reparatiewerkzaamheden
dient de hoofdschakelaar te worden uitgeschakeld.
A
Foutnummer
B
Aantal actueel voorhanden fouten
Foutnum-
Foutbeschrijving
mer
01
Stuurspanning ontbreekt
02
Display, geen communicatie 2
10
Motorveiligheidsschakelaar
hogedrukpomp 1
11
Motorveiligheidsschakelaar
hogedrukpomp 2
12
Motorveiligheidsschakelaar
hogedrukpomp 3
13
Motorveiligheidsschakelaar
hogedrukpomp 4
14
Motorveiligheidsschakelaar
frequentieomvormer of fre-
quentieomvormer niet gereed
18
Spoelbeveiliging hogedruk-
pomp 1
Storing
Apparaat draait niet
Pomp start tijdens de bedrijfsklaarheid
niet als het handspuitpistool geopend
wordt
Het apparaat ontwikkelt onvoldoende
druk
Hogedrukpomp klopt, manometer oscil-
leert sterk
Overstroomventiel gaat constant open
en dicht bij een 0-afname
Foutnummer 01 wordt weergegeven
Foutnummer 10, 11, 12, 13 wordt weer-
gegeven
Foutnummer 14 wordt weergegeven
Foutnummer 18, 19, 20, 21 wordt weer-
gegeven
Foutnummer 26 wordt weergegeven
Foutnummer 40 wordt weergegeven
Foutnummer 41 wordt weergegeven
Foutnummer 42 wordt weergegeven

Hulp bij storingen

19
Spoelbeveiliging hogedruk-
pomp 2
20
Spoelbeveiliging hogedruk-
pomp 3
21
Spoelbeveiliging hogedruk-
pomp 4
26
Motorveiligheidsschakelaar
van de voordrukpomp
30
Schakelaar „In" permanent
bezet (ingang van de bestu-
ring)
31
Schakelaar „In" permanent
bezet (display)
32
Schakelaar „Uit" permanent
bezet (ingang van de bestu-
ring)
40
Watertekort
41
Watertemperatuur te hoog
Fout-
42
Lekkage-uitschakeling 1 (bv.
soort
slang opengesprongen)
2
43
Lekuitschakeling 2 (kleine
lek)
1
45
Druk te hoog (> 300 bar)
46
Debietmeter geeft een ver-
1
keerd signaal
47
Overstroomklep verkeerd in-
1
gesteld
48
HDC-type verkeerd ingesteld 2
1
49
Debietmeter geeft geen sig-
naal
2
50
Druksensor voor hogedruk
geeft geen signaal
52
Temperatuursensor geeft
1
geen signaal
Mogelijke oorzaak
Het apparaat heeft geen spanning.
Motorveiligheidsschakelaar voor besturing is
in werking getreden.
Druksensor voor hogedruk of kabel naar de
druksensor defect.
Sproeier uitgespoeld.
Buisleidingsysteem aan de zijgzijde ondicht. Controleer de schroefverbindingen en slangen.
Veiligheidsventiel lekt.
Overstroomventiel lek of te laag ingesteld.
Ventiel in de pomp defect, hogedrukmagneet-
klep sluit niet.
Pomp zuigt lucht aan.
Ventielschotel of ventielveer defect.
Voordrukpomp verkalkt of defect.
Lek in het hogedrukleidingen of handspuitpi-
stool ondicht.
Terugslagklep resp. afdichting afsluitzuiger in
het overstroomventiel ondicht.
Besturingsprintplaat defect, groene leds knip-
peren niet.
Overstroombeveiligingsschakelaar van de
overeenkomstige hogedrukpomp is in wer-
king getreden.
Motorveiligheidsschakelaar is in werking ge-
treden of frequentieomvormer is niet gereed.
Thermosensor in de overeenkomstige motor
is in werking getreden.
Overstroombeveiligingsschakelaar van de
voordrukpomp is in werking getreden.
Watertekortbeveiliging in de vlotterhouder is
aangesprongen.
Vlotterklep klemt.
Temperatuursensor in het vlotterreservoir is
in werking getreden.
Hogedrukleidingen zijn ondicht (lek).
Te veel verbruikers tegelijkertijd geopend.
Druksensor voor hogedruk defect.
1
1
1
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
Oplossing
Controleer het elektriciteitsnet.
Motorveiligheidsschakelaar controleren.
Druksensor of kabel vervangen.
Vervang de sproeier.
Controleer de instelling, zonodig door nieuwe afdichting
vervangen.
Controleer de onderdelen van het ventiel, vervang bij be-
schadiging, reinig bij verontreiniging.
Defecte onderdelen vervangen.
Controleer het aanzuigsysteem en dicht lekken.
Defecte onderdelen vervangen.
Voordrukpomp controleren.
Lek opsporen en afdichten.
Overstroomventiel herstellen.
Besturingsprintplaat controleren, indien nodig vervangen. Klantenservice
Oorzaak van de overbelasting verhelpen.
Oorzaak van de overbelasting verhelpen.
Oorzaak van de overbelasting verhelpen.
Oorzaak van de overbelasting verhelpen.
Oorzaak van het tekort aan water verhelpen.
Vlotterklep op soepele werking controleren.
Watertoevoertemperatuur verlagen.
Lek opsporen en afdichten.
Enkele verbruikers sluiten.
Druksensor vervangen.
9
-
NL
Foutsoort 1: Noodwerking van de installatie met
resterende hogedrukpompen.
Foutsoort 2: Bedrijfsklaarheid van de installatie
wordt uitgeschakeld en hogedrukpompen worden
uitgeschakeld.
Wanneer één van de bovengenoemde storingen
optreedt, kan het apparaat na het oplossen van de
fout, opnieuw in werking gesteld worden door de
ontgrendelingsknop in te drukken.
Instructie: De 40 laatst opgetreden fouten worden met
de bijbehorende datum en tijd opgeslagen en kunnen
op het display weergegeven worden.
A
Datum van de fout
B
Tijdstip van de fout
C
Foutnummer
D
Lijstplaats van de fout
E
Aantal opgeslagen fouten
door wie
Electricien
Klantenservice
Klantenservice
Bediener
Bediener
Klantenservice
Klantenservice
Klantenservice
Bediener
Klantenservice
Bediener
Bediener
Klantenservice
Klantenservice
Klantenservice
Klantenservice
Klantenservice
Bediener
Bediener
Bediener
Bediener
Bediener
Klantenservice
59

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières