Installatie; Beschrijving Van De Uitrusting; Het Monteren Van De Draadspoel; Draadaanvoer - WELDKAR WK MIG 2125 Mode D'emploi

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

3. INSTALLATIE

Lees deze instructies vóór het gebruik van het apparaat
a.u.b. aandachtig door.
Deze moet worden uitgevoerd door bevoegd
personeel. Alle aansluitingen moeten tot stand
worden gebracht overeenkomstig de geldende
voorschriften en in volledige overeenstemming met
de veiligheidsreglementen (CEI reglement 26-10 -
CENELEC HD 427).
-
Vergewis u ervan dat de netspanning overeenstemt
met de spanning die is aangegeven op het
kenplaatje.
-
Controleer bij het monteren van een stekker of
deze een geschikte capaciteit heeft en verbind de
geel/groene geleider van de voedingskabel met de
aardingspen.
WAARSCHUWING! Verlengkabels tot 30 m moeten een
doorsnede hebben van minstens 2,5 mm².

3.1 BESCHRIJVING VAN DE UITRUSTING

2
1
1) Mig-Lastoorts aansluiting
2) Din Massakabelaansluiting (-)
3) Aan / Uitschakelaar (hoofdschakelaar)
4) Gasslang aansluiting.
5) Voedingskabel
6) Ventilator voor het koelen van de omvormer.
8
7
16
9
7) Digitale display (Voltage).
8) Led-lamp deze brandt als het apparaat is ingeschakeld.
9) Led-lamp om aan te geven dat de thermostaat is
geactiveerd.
8
3
11
10
15
12
14
INVERTER WELDER WK MIG 2125
10) Digitale display (Lasstroom, draadaanvoersnelheid)
11) Led-lamp die aangeeft dat het display (10)
de draadaanvoersnelheid voor het MIG-lassen
weergeeft.
12) Led-lamp die aangeeft dat het display (10) de
lasstroom weergeeft.
13) Keuzeschakelaar 2-takt of 4-takt.
14) Wave control: Zorgt voor een rustige, afgevlakte
lasboog in het kortsluitboog gebied.
15) Instelknop: Regelt, afhankelijk van de
geselecteerde LED, de lasstroom (LED 12) of
draadaanvoersnelheid bij MIG-lassen (LED 11).
16) Instelknop lasspanning: Gebruik deze om de
lasspanning in te stellen.

3.2 HET MONTEREN VAN DE DRAADSPOEL

1. Plaats de draadspoel van 5 kg op de draadrolhouder.
2. Stel de naafspanning in zodat de draadrol op de
juiste afstelling is ingesteld.
Reduceerventiel
Figuur 1
Gascilinder
4
3. Gebruik de moer om de draadspoel vast te zetten.
5

3.3 DRAADAANVOER

6
Zorg ervoor dat de draaddiameter overeenkomt
met de draaddiameter groef in de aandrijfrol van de
aanvoermotor. Plaats de lasdraad op de draadrolhouder
en voer de draad (handmatig) tot in de aanvoerbuis
en verwijder op het laspistool de contactbuis en het
gasmondstuk. Door de machine aan te zetten en de
toortsschakelaar ingedrukt te houden kan men de
lasdraad doorvoeren tot deze uit de lastoorts komt,
daarna monteert men weer de contactbuis (let op dat de
lasdraaddiameter overeenkomt met de diameter van de
contactbuis) en het gasmondstuk.

3.4 GASAANSLUITING

Figuur 2
-
Bevestig de gascilinder met een ketting aan
de laswagen, de wand of een andere vaste
13
ondersteuning, zodat de cilinder niet kan vallen
en de kraan kan afbreken.
-
Monteer het reduceerventiel op de gascilinder
en draai de moer met een sleutel vast, let op dat
er een afdichtring is gemonteerd.
-
Bevestig de gasslang aan het reduceerventiel en
zet deze vast met een slangklem, dit om lekkage
te voorkomen.
-
Open de gascilinder en stel de druk in op
8 - 10 ltr./min.
LET OP: Het gassoort moet overeenkomen met het
materiaal wat u wilt lassen.
Figuur 3
Stroombron met
draadaanvoerunit
Beschermgas
Lastoorts
Werkstuk
Aardklem

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières