Bediening Via Een Lichtregelaar - IMG STAGELINE COLOR-150 Mode D'emploi

6.2 Afstandsbediening LC-2
NL
Via de als toebehoren verkrijgbare afstandsbediening
B
LC-2 kunnen verschillende functies worden gestuurd.
1) Sluit de afstandsbediening aan op de jack (9).
2) Plaats de DIP-schakelaar nr. 10 (4) in de stand ON
(zie figuur 6).
3) Via de DMX-uitgang (7) kunnen andere COLOR-
150-apparaten worden aangesloten (zie hoofdstuk
6.1.1), om ze met de afstandsbediening synchroon
met het centrale apparaat te besturen.
4) Via de afstandsbediening kunt u volgende functies
aansturen:
Toets FAST/SLOW (14):
Na inschakelen is de modus Fast geactiveerd. De
LED naast de toets licht niet op. Het wisselen van
de kleuren gebeurt muziekgestuurd of automatisch
met vaste interval, wanneer geen muziek beschik-
baar is. Als u met de toets naar de modus SLOW
schakelt, licht de LED op en wisselen de kleuren
door op de toets STROBE/NEXT te drukken. Om
terug te schakelen naar de modus Fast drukt u
opnieuw op de toets FAST/SLOW.
Toets STROBE/NEXT (13):
a) In de modus Fast [De LED naast de toets FAST/
SLOW (14) licht niet op].
Zolang u de toets ingedrukt houdt, is het
muziekgestuurde strobo-effect actief.
b) In de modus Slow [De LED naast de toets FAST/
SLOW licht op.]
Telkens u op de toets drukt, wordt naar de vol-
gende kleur geschakeld.
Toets STAND BY (12) voor de functie Blackout:
Het licht wordt gedimd. Even later schakelt de halo-
geenlamp uit. De LED naast de toets licht op ter
controle. Druk opnieuw op de toets om terug te
schakelen.

6.3 Bediening via een lichtregelaar

Voor de bediening via een lichtregelaar is de COLOR-
150 uitgerust met een eenkanaals DMX-ontvanger.
De precieze toewijzing van de individuele kleuren
en patronen vindt u terug in de technische gegevens,
hoofdstuk 8.1.
1) Verbind de ingang (8) via een 3-polig XLR-snoer
met de DMX-uitgang van de lichtregelaar.
Voor de aansluiting moeten speciale kabels voor
hoge gegevensstromen worden gebruikt. Wanneer
gebruik wordt gemaakt van gewone microfoonka-
bels, mag de totale kabellengte niet meer dan 100 m
bedragen. De beste overdracht gebeurt met een af-
geschermde microfoonkabel van 2 x 0,25 mm
speciale datatransmissiekabel. Bij kabellengten van-
af 150 m wordt het tussenschakelen van een DMX-
ophaalversterker aanbevolen (b.v. SR-103DMX van
"img Stage Line").
22
2) Verbind de DMX-uitgang (7) met de DMX-ingang
van de volgende lichtregelaar. Verbind de uitgang
hiervan opnieuw met de ingang van het nagescha-
kelde apparaat etc., tot alle lichteffectapparaten zijn
aangesloten.
DMX-uitgangsjack is uitgerust met een vergrende-
ling. Om de stekker uit te trekken, drukt u op de
PUSH-hendel.
3) Sluit de DMX-uitgang van de laatste lichtregelaar in
de ketting af met een weerstand van 120 Ω
(0,25 W): Soldeer de weerstand vast op de pinnen
2 en 3 van een XLR-stekker en plug de stekker in
de DMX-uitgang.
4) Stel met de DIP-schakelaars (4) het DMX-adres als
binair getal in, dat bij het DMX-512-besturingsap-
paraat voor de besturing van de COLOR-150 is
voorzien.
Het adres is het resultaat van de optelling van
de in de volgende figuur getoonde plaatswaarden
van de DIP-schakelaars (1, 2, 4 ... 128, 256) die op
ON zijn ingesteld, b.v.:
1 2 3 4 5
1 2 3 4 5
1 2 3 4 5
Het DMX-adres instellen
Het makkelijkst is steeds van de grootst mogelijke
schakelaarwaarde uit te gaan en de kleinere waar-
den hierbij op te tellen. De 10de DIP-schakelaar
dient voor het schakelen tussen Master en Slave,
en mag bij de DMX-besturing niet op ON worden
ingesteld.
Als hulp bij het instellen kunt u een klein Win-
dows-programma van het Internet downloaden:
www.imgstageline.com, Support, Software.
6.4 De focusinstelling
Voor de focusinstelling draait u de objectief-ring (3) uit
of in. De scherpte-instelling wordt bepaald door de
of een
2
afstand van het apparaat tot het projectievlak.
Adres 1
6 7 8 9 10
ON
Adres 13
6 7 8 9 10
ON
1 + 4 + 8 = 13
Adres 144
6 7 8 9 10
ON
16 + 128 = 144