Methode Belichtingsmeting - Leica M Monochrom Notice D'utilisation

Masquer les pouces Voir aussi pour M Monochrom:
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

NL
AAN-/UITSCHAKELEN VAN DE BELICHTINGSMETER
De belichtingsmeter wordt door licht aantippen van de ontspan-
knop ingeschakeld, mits de camera met de hoofdschakelaar is
ingeschakeld en het tijd-instelwiel niet op
Als aanduiding dat de belichtingsmeter gereed is om te meten,
brandt een van de indicaties in de zoeker, resp. op de monitor
continu:
– bij tijdautomaat door de LED-indicatie van de sluitertijd,
– bij handmatige instelling in de zoeker door een van de beide
driehoekige LED's, evt. samen met de middelste, ronde LED, op
de monitor met de lichtschaal.
Als de ontspanknop weer wordt losgelaten zonder de sluiter te
activeren, blijft de belichtingsmeter nog ca. 30s lang ingeschakeld
en blijft (blijven) de betreffende LED('s) zolang branden. Wanneer
het tijdinstelwiel op
Aanwijzingen:
• Als een juiste belichting met de beschikbare sluitertijden bij
tijdautomaat niet mogelijk is, knippert als waarschuwing de
sluitertijd-indicatie (alleen in de zoeker, meer hierover vindt u in
het hoofdstuk "De tijdautomaat" op pag. 176).
• Als bij handmatige instelling en zeer weinig licht het meetbereik
van de belichtingsmeter niet wordt bereikt, zal als waarschuwing
de linker driehoekige LED gaan knipperen, resp. op de monitor
de linker streep van de lichtschaal. Bij tijdautomaat wordt de
sluitertijd aangegeven. Wanneer de benodigde sluitertijd de
langst mogelijke tijd van 60 s overschrijdt, knippert ook deze
indicatie in de zoeker.
174
staat.
B
B
staat, is de belichtingsmeter uitgeschakeld.
• Wanneer de camera langere tijd niet wordt gebruikt of in een tas
wordt opgeborgen, moet deze altijd met de hoofdschakelaar
worden uitgeschakeld. Onbedoelde opnamen worden hiermee
ook verhinderd.
METHODEN BELICHTINGSMETING
Met deze camera hebt u drie meetmethoden:
– In de modus
een sterk centrum-georiënteerde meting.
Classic
Deze methode houdt rekening met het gehele beeldveld, maar
de in het midden geregistreerde onderwerpen bepalen veel
sterker dan de randgebieden de berekening van de belichtings-
waarde.
– Hiervoor wordt het door de lichte sluiterlamel van het eerste slui-
tergordijn gereflecteerde licht door een fotodiode geregistreerd
en gemeten.
– Met de modus
, ofwel met de Live View-modus (zie
Advanced
pag. 168) naar keuze spot-, centrumgeoriënteerde of
multi-segment-meting. Een voorwaarde hiervoor is de meting
met de opnamesensor.

Publicité

Chapitres

Table des Matières
loading

Table des Matières