Menu Televisie-Instellingen - Sony Bravia KDL-52V42 Série Mode D'emploi

Menu televisie-instellingen

Beeld
Beeldmodus
Weergavemodus
Reset
Verlicht
Contrast
Helderheid
Kleur
Kleurtint
Kleur Temperatuur
Beeldscherpte
Ruisonderdruk.
MPEG Ruisonderdr.
26
NL
Hiermee stelt u een beeldfunctie in wanneer een andere ingangsbron dan een
computer wordt weergegeven. De opties voor "Beeldmodus" kunnen verschillen
afhankelijk van de "Video/Foto"-instelling (pagina 28). Wanneer u "Winkel" (of
"Thuis") selecteert in stap 5 van de begininstellingen (pagina 7), wordt
"Beeldmodus" ingesteld op "Levendig" (of "Standaard").
Levendig Het beeldcontrast en de scherpte worden verbeterd.
("Winkel", zie
pagina 7)
Standaard
Voor standaardbeelden. Deze instelling wordt aanbevolen
("Thuis", zie voor home entertainment.
pagina 7)
Bioscoop
Voor het bekijken van films. Dit is het meest geschikt wanneer
u televisiekijkt in een bioscoopachtige omgeving.
Foto Voor het optimaal instellen van de beeldkwaliteit van foto's.
Hiermee stelt u de weergavefunctie in wanneer een computeringangsbron wordt
weergegeven.
Video Voor videobeelden.
Tekst Voor teksten, overzichten en tabellen.
Hiermee worden alle "Beeld"-instellingen teruggesteld op de fabrieksinstellingen,
behalve de "Beeldmodus" en "Weergavemodus".
Hiermee stelt u de helderheid van de verlichting in.
Hiermee wordt het beeldcontrast vergroot/verkleind.
Hiermee wordt het beeld lichter of donkerder.
Hiermee wordt de kleurintensiteit te vergroot/verkleind.
Hiermee worden de groene tinten en rode tinten versterkt of afgezwakt.
~
• "Kleurtint" kan alleen worden ingesteld voor het NTSC-kleursignaal (bijv. voor
videocassettes uit de VS).
Hiermee stelt u de witte kleur in het beeld in.
Koel Geeft witte kleuren een blauwe tint.
Neutraal Geeft witte kleuren een neutrale tint.
Warm 1/Warm 2 Geeft witte kleuren een rode tint. "Warm 2" geeft een rodere
tint dan "Warm 1".
z
• "Warm 1" en "Warm 2" zijn niet beschikbaar wanneer "Beeldmodus" is ingesteld
op "Levendig".
Hiermee wordt de scherpte van het beeld te vergroot/verminderd.
Hiermee wordt de beeldruis (sneeuw) onderdrukt wanneer het zendsignaal zwak is.
Auto
Om de beeldruis automatisch te onderdrukken (alleen in
analoge televisiemodus).
Hoog/Midden/ Om de sterkte van de ruisonderdrukking te wijzigen.
Laag
Uit
Om de "Ruisonderdruk." uit te schakelen.
Hiermee wordt de beeldruis in videomateriaal met MPEG-compressie verminderd.