INSTALLATIEHANDLEIDING
5.5.2 Installatie van geveldoorvoer en
verdeelstuk
Ga bij het installeren van geveldoorvoer en verdeelstuk als
volgt te werk:
• Boor een gat in de muur, met een diameter van 105 mm.
• Boor aan de buitenzijde van de muur 3 gaten, voor
bevestiging van de geveldoorvoer.
!Let op
- Plaats de geveldoorvoer met de ril/felsnaad
aan de bovenkant;
• Plak de afdichting/pakking van de geveldoorvoer aan de
flens.
• Bevestig de geveldoorvoer tijdelijk vanaf de buitenkant.
• Schuif het verdeelstuk vanaf de binnenzijde zo ver mogelijk
op de concentrische pijpen van de geveldoorvoer.
• Bepaal de afstand tussen verdeelstuk en muur.
• Schroef de geveldoorvoer weer los.
• Zaag de geveldoorvoer op maat.
• Monteer de geveldoorvoer definitief.
• Bepaal onder welke hoek het verdeelstuk moet worden
geplaatst.
• Breng een ruime hoeveelheid van het hittebestendige
dichtingsproduct aan op de buitenkant van de
verbrandingsluchttoevoerleiding van gegalvaniseerd staal.
• Breng een laagje hittebestendig dichtingsproduct aan op de
binnenkant van de aluminium verbrandingsgasafvoerleiding.
• Plaats de afdichting/pakking van het verdeelstuk tussen
muur en verdeelstuk.
!Tip
U kunt bij het verdeelstuk uit twee aansluitingen
voor de verbrandingsluchttoevoer kiezen.
• Breng het verdeelstuk aan in de juiste positie.
• Boor 3 gaten in de muur voor bevestiging van het
verdeelstuk.
• Bevestig het verdeelstuk met de meegeleverde schroeven
en sluitringen.
• Breng zo nodig een doorvoerbescherming aan.
• Plaats de doorvoerbescherming centraal over de
geveldoorvoer.
5.6 Plaatsen van het toestel
Het plaatsen van het toestel gebeurt als volgt:
Let op - Breng geen wijzigingen aan het toestel aan;
!
- Dek het toestel en de afvoeren niet af en/
of pak deze niet in met een isolatiedeken
of enig ander materiaal;
- Bevestig het toestel aan de wand met
behulp van de muurbeugels;
- dit waarborgt de minimaal vereiste afstand
van 10 mm vanaf de achterwand;
- Zorg voor vrije uitstroom van warme
convectielucht aan de voorzijde van het
toestel;
- Zorg voor vrije toevoer van koude
convectielucht aan beide zijden van
het toestel. Gordijnen zouden b.v.
door de aanzuigende werking van de
convectieventilator de inlaat kunnen
blokkeren;
- Voorkom dat warme convectielucht
recirculeert via de inlaat voor koude
convectielucht.
!Tip - Voorkom dat bouwgruis/boorstof het toestel
vervuilt;
- Monteer de behuizing pas nadat de laatste controle
in hoofdstuk 7 is verricht.
• Zorg voor een gasaansluiting op de locatie. Raadpleeg
voor meer details hoofdstuk 5.3.
• Zorg voor een elektriciteitsaansluiting op de locatie.
Raadpleeg voor meer details hoofdstuk 5.4.
• Verwijder de behuizing:
- Draai de schroeven aan weerszijden van de behuizing los
(zie Afb. 4);
- Til de behuizing ca. 1 cm omhoog en schuif/til de behuizing
naar voren.
Let op Beschadig de bedrading niet bij het
!
verwijderen van de behuizing.
• Zet het toestel op de bestemde plek.
• Boor gaten voor de bevestiging van het toestel.
• Bevestig het toestel aan de muur, met de geleverde
pluggen, afdichtringen en schroeven.
5.7 Verbrandingsgasafvoer- /
verbrandingsluchttoevoersysteem
5.7.1 Constructie
Voor de Power Flue van 7kW en 12kW is de maximale
lengte van de afvoerpijpen (verticaal en horizontaal)
10 meter bij gebruik van maximaal 2 bochten van 90º;
wanneer er 3 bochten van 90º worden toegepast, bedraagt
de totale lengte van het afvoersysteem maximaal 6 meter
30
Fig. 4