Nl Gebruiksaanwijzing Ladders & Trappen - ASC Alumexx Série Instructions

NL Gebruiksaanwijzing Ladders & Trappen
NL
Veilig gebruik van een trap of ladder
NL
Gefeliciteerd met de aankoop van uw ASC-trap of -ladder. De
doordachte details zorgen ervoor dat het eenvoudig werken is
met een ASC trap of ladder. Sommige aanwijzingen zijn
specifiek voor een trap of specifiek voor een ladder. In die
gevallen staat dit duidelijk aangegeven.
Lees voor het gebruik van de trap of ladder deze
gebruiksaanwijzing goed door! Bewaar deze ook om
later na te kunnen lezen. Bestudeer ook goed de
aanwijzingen/pictogrammen op het product zelf.
Alle trappen/ladders die in Nederland in de handel worden
gebracht, moeten voldoen aan de Warenwet waarvan de eisen
zijn vastgelegd in het Besluit Draagbaar Klimmaterieel. Zie
voor meer informatie www.ASCGROUP.nl en de stickers op
de trap of ladder. Professioneel, veilig werken op trappen en
ladders vereist het kiezen voor het veiligheidsniveau van de
NEN2484 en de Warenwet.
Voor gebruik
Wees steeds waakzaam. Beklim een trap of ladder

geconcentreerd en niet onder invloed van alcohol,
medicijnen of middelen die het reactievermogen kunnen
beïnvloeden.
Zorg dat tijdens transport de trap of ladder is ingeklapt en

zorg er voor dat de trap of ladder goed ondersteund wordt
en vastgezet is.
Controleer na ontvangst en vóór ieder gebruik alle

onderdelen van de trap of ladder op hun toestand en
werking en kijk of alle onderdelen (o.a. voeten en kapjes)
aanwezig zijn.
Inspecteer, iedere keer voor gebruik, de trap of ladder op

gebreken zoals vervorming en slijtage.
Trappen/ladders voor professioneel gebruik moeten

periodiek worden gekeurd door een deskundige.
Verzeker uzelf, iedere keer, dat de trap of ladder geschikt

is voor het doel waar voor u het gaat gebruiken. Gebruik
de trap of ladder uitsluitend waarvoor deze is vervaardigd.
Gebruik de trap of ladder niet als steiger of stellage e.d.
Gebruik een trap alleen vrijstaand.
Beklim niet een trap die tegen de muur is geplaatst.

Gebruik nooit een beschadigde of gebroken trap of ladder.

Tijdelijke reparaties zijn niet toegestaan. Laat iedere
beschadiging aan een trap of ladder zo spoedig mogelijk
repareren, in ieder geval voor een volgend gebruik, door
een ter zake deskundige.
Houd de trap of ladder zoveel mogelijk vrij van

ongerechtigheden zoals natte verf, modder, sneeuw en
olie.
Voer voor gebruik een risico analyse uit, indien de lokale of

landelijke wet- en regelgeving dat verplicht/ voorschrijft.
Onderhoud een trap of ladder conform de voorschriften.

Vernietig een gebroken, versleten of onherstelbaar

beschadigde trap of ladder.
Plaatsen en/of opzetten van een trap of ladder
Een ladder moet zodanig worden geplaatst dat de afstand

van de voet van de ladder tot de muur ongeveer gelijk is
aan een kwart van de gebruikslengte van de ladder. De
opstelhoek is dan ca 75° (het stavlak van de sporten is
hierbij horizontaal, fig 1).
6
POWERED BY EXPERIENCE
Controleer voor gebruik of de trap/reformladder volledig is

uitgeklapt.
- Dit wordt bij een trap geborgd door het vastklikken
van het bordes en/of door het uitklappen van een
drukvaste spreidbeveiliging (tussen voor- en
achterkant trap).
- Dit wordt bij een reformladder geborgd door de
ladder goed in de reformhaak te laten rusten (fig.2).
Bij verplaatsen moet men de ladder altijd
inklappen. De ladder niet verplaatsen in
reformstand, hierdoor kan de borgpen uit de
reformhaak schieten.
- Tevens het bevestigen van een metalen
spreidbeveiliging (indien aanwezig, fig. 3). Bij banden
tussen de ladderdelen dienen deze strak te staan.
Uitvoering spreidbeveiliging varieert per model.
Plaats de trap of ladder altijd op een stevige, stabiele,

horizontale en niet gladde ondergrond waarin de voeten
van de trap of ladder niet kunnen wegzakken en/of
wegglijden. Dus niet op tafels, kisten, kratten en andere
onstabiele ondergronden, zoals modderige bodem en los
zand.
Plaats een ladder dusdanig dat deze met zijn vier punten

voldoende steun heeft tegen een stevig dragend vlak, dus
nooit tegen een raam, tegen ronde of smalle zuilen of
tegen hoeken, tenzij voor dat doel aangepaste
hulpmiddelen worden gebruikt. Overtuig u ervan dat de
ladder voldoende stabiel staat en/of eventueel geborgd is
tegen wegglijden.
Een trap of ladder mag nooit verplaatst worden als men op

een traptrede/bordes of laddersport staat of vanaf een
positie hoger dan het trapbordes of uiteinde ladder.
Neem extra voorzorgsmaatregelen wanneer de trap of

ladder voor een deuropening, openslaand raam of in een
passage e.d. moet worden opgesteld. Zorg ervoor dat er
geen mensen tegen de trap aan, of onder de trap door
kunnen lopen.
Plaats een aluminium trap of ladder nooit binnen een

afstand van 2,5m van niet geïsoleerde - onder spanning
staande - elektrische delen van laagspanningsinstallaties
en -netten. Plaats een aluminium trap of ladder nooit nabij
delen van hoogspanningsinstallaties.
Pas op met elektrisch gereedschap. Aluminium

trappen/ladders geleiden elektrische stroom. Neem altijd
maatregelen zodat een stroomdraad niet bekneld kan
raken of kan blijven haken bij het beklimmen, verschuiven
of verplaatsen van de trap of ladder. Controleer vooraf of
het elektrische snoer van uw gereedschap niet
beschadigd is.
Trappen/ladders moeten altijd rusten op hun voeten en

niet op de trede/sport
Plaats een trap of ladder altijd zo dicht mogelijk bij het

werk.
Opsteek-, schuifladder (of reformladder als
opsteekladder)
Voorkom bij gebruik van een reformladder als

opsteekladder dat uw voeten in de eventueel aanwezige
nylon banden blijven hangen.
Schuif een opsteekladder bij voorkeur uit tegen een gevel,

tot de gewenste hoogte.
Zorg bij meerdelige ladders dat de haken goed op of onder

(bij een schuifladder) de sporten grijpen.
Let op de borging van de onderlinge ladderdelen voordat

de ladder wordt beklommen (fig. 4).
4
CZ