Let op! Tijdens de stabiliteitsperiode bij
de eerste keer opstarten, kan de
weergegeven temperatuur niet
overeenkomen met de ingestelde
temperatuur.
Temperatuurdisplay
Tijdens de normale werking wordt de huidi-
ge temperatuur in de vriezer weergegeven.
Belangrijk! Een verschil tussen de
weergegeven temperatuur en de
temperatuursinstelling is normaal. In het
bijzonder als:
• er kort geleden een nieuwe temperatuur
is ingesteld.
• de deur lange tijd heeft opengestaan.
• er warm voedsel in het vak geplaatst is.
Alarm hoge temperatuur
In het geval van een abnormale stijging van
de temperatuur in de vriezer (bijv. stroomuit-
val) gaat het alarmlampje knipperen en
klinkt er een zoemer.
Als de temperatuur weer normaal is, blijft
het alarmlampje knipperen, maar de zoe-
mer klinkt niet meer.
1. Controlelampje
2. AAN/UIT-schakelaar
3. Temperatuurregelaar (warmst)
4. Temperatuurlampje
5. Temperatuurregelaar (koudst)
6. Supercool-lampje
7. Supercool-schakelaar
Inschakelen
Steek de stekker in het stopcontact.
Druk op de Aan-/uittoets .
Het controlelampje gaat branden.
Uitschakelen
De koelkast wordt uitgeschakeld door de
AAN/UIT schakelaar zolang in te drukken tot-
dat het controlelampje en het temperatuur-
lampje uit gaan.
Wanneer de terugzetschakelaar wordt inge-
drukt, wordt de hoogste temperatuur die in
het vak bereikt is knipperend weergegeven
op het temperatuurdisplay
Als de stroom lange tijd is uitgevallen, moet
bevroren voedsel zo snel mogelijk geconsu-
meerd worden, of gekookt en opnieuw inge-
vroren worden.
Fast Freezing-functie
U kunt de Fast Freezing functie activeren
door op de Fast Freezing schakelaar te druk-
ken.
Het Fast Freezing lampje gaat branden
Wanneer deze functie is ingeschakeld,
wordt op de display SP weergegeven.
Belangrijk! Deze functie stopt automatisch
na 52 uur.
Het is mogelijk de functie te allen tijde te in-
activeren door op de Fast Freezing schake-
laar te drukken. Het Fast Freezing lampje
gaat uit.
Bedieningspaneel koelkast
1
Temperatuurregeling
U kunt de temperatuur instellen tussen de
+2°C en +8°C.
De huidige temperatuurinstelling gaat knip-
peren op het temperatuurweergavescherm
door op de temperatuurregelaars te druk-
ken. U kunt de temperatuurinstelling alleen
veranderen als het display knippert. Om
een hogere temperatuur in te stellen, op de
temperatuurregelaar 'warmst' drukken. Om
een lagere temperatuur in te stellen, op de
temperatuurregelaar 'koudst' drukken. Op
het temperatuurdisplay verschijnt de nieuw
gekozen temperatuur gedurende enkele se-
conden waarna de temperatuur in het vak
weer wordt weergegeven.
De nieuw ingestelde temperatuur moet na
24 uur bereikt zijn.
2
3
4
5 6
5
7