De volgende grafiek toont de verschillende hoge en lage glucosealarmen die u kunt
gebruiken.
Sensorglucose
hoog-alarm
Bovengrens
Ondergrens
Alarminstellingen
In de volgende tabel staat een beschrijving van de typen glucosealarmen en andere
instellingen die beschikbaar zijn in het Alarminstellingen-scherm van de Guardian
Connect-app:
Instelling
Hoog-alarmen
Laag-alarmen
Daal-/stijgalarmen
Snoozetijd
Kalibratieherinnering
Hoog
voorspeld-alarm
Stijgalarm
Sensorglucose laag-alarm
Beschrijving
Gebruik de Hoog-alarmen om in te stellen wanneer u een waarschuwing wilt
ontvangen als uw sensorglucosewaarde de bovengrens nadert of bereikt.
Zie Hoog-alarmen instellen, op blz. 121 voor meer informatie.
Gebruik de Laag-alarmen om in te stellen wanneer u een waarschuwing wilt
ontvangen als uw sensorglucosewaarde de ondergrens nadert of bereikt.
Zie Laag-alarmen instellen, op blz. 122 voor meer informatie.
Gebruik de Daal-/stijgalarmen om in te stellen wanneer u een waarschuwing
wilt ontvangen als uw sensorglucosewaarde met een specifieke snelheid daalt
of stijgt. Zie Daal-/stijgalarmen instellen, op blz. 123 voor meer informatie.
Gebruik de Snoozetijd om in te stellen wanneer u eraan herinnerd wilt worden
dat er nog steeds een alarmsituatie bestaat. Als u een alarm heeft ontvangen
en u heeft deze gedempt, dan wordt u opnieuw gewaarschuwd zodra de inge-
stelde snoozetijd is verstreken, maar alleen als de alarmsituatie nog steeds
bestaat. Zie Snoozetijd voor alarmen instellen, op blz. 124 voor meer informa-
tie.
Gebruik de Kalibratieherinnering om in te stellen wanneer u eraan herinnerd
wilt worden dat u de sensor moet kalibreren. Zie Kalibratieherinneringen instel-
len, op blz. 125 voor meer informatie.
Daalalarm
Laag voorspeld-alarm
-120-
Sensorglucose