Publicité
6. Maak met behulp van een andere volwassene de gesp voor de bovenste sluiting vast
die de heup- en schoudergordels met de rug verbindt.
HET KIND IN DE VOORWAARTSE RICHTING PLAATSEN - AFBEELDINGEN B
De positie waarin het kind in de bewegingsrichting wordt geplaatst, is bedoeld voor
kinderen ouder dan 6 maanden - vanaf het moment dat het kind zijn hoofd recht en
zijn schouders in verticale positie kan houden.
Volg de stappen van hoofdstuk B om de draagzak in deze positie te verstellen:
1. Plaats de capuchon in de zak met ritssluiting op de opgevouwen hoofdsteun. De
knopen moeten los zijn. Pas de openingen voor de beentjes aan en sluit ze.
2. Plaats de basis (de heupriem) rond de taille. Draai de basis zodat de voorkant van
de draagzak op uw rug komt te liggen.
3. Maak de basis (de heupriem) vast met behulp van de klittenbandsluitingen en de
gesp. Maak de basis (de heupriem) vast zodat deze goed om uw heup past.
4. Draai de basis zodat de voorkant van de draagzak van voor komt te liggen en
gecentreerd is.
5. Plaats de linkerriem op uw schouder.
6. Plaats voorzichtig de baby in de draagzak met zijn gezicht voorwaarts gericht. Steek
de beentjes door de overeenkomstige openingen in de draagzak.
7. Houd het kind vast met één hand, neem met de andere hand het losse uiteinde van
de rechterriem vast en plaats deze op uw schouders. Verstel beide schouderbanden
zodat u zich comfortabel voelt.
8. Maak de gesp voor de bovenste sluiting van de schoudergordels vast door ze in een
comfortabele positie te bevestigen.
RUGGEDRAGEN POSITIE- AFBEELDINGEN C
De houding van het kind met het gezicht in de bewegingsrichting is van toepassing
wanneer het kind zijn hoofd rechtop kan houden (voor kinderen vanaf 6 maanden.)
Volg de stappen van hoofdstuk C om de draagzak in deze positie te verstellen:
1. Maak de draagzak vast voor u. Maak de riem vast zodat deze goed om uw heup past.
2. Draai de basis zodat de voorkant van de draagzak achteraan gecentreerd is.
3. Maak de schouderriemen een beetje los.
4. Plaats de baby met de hulp van een andere volwassene in de draagzak. Zorg ervoor
dat de beentjes van de baby in de daarvoor bestemde openingen van de draagzak
passen.
5. Plaats de schouderriemen. Zorg ervoor dat de volwassene het kind de hele tijd met
zijn handen vasthoudt.
6. Maak de gesp voor de bovenste sluiting van de schoudergordels vast door ze in een
comfortabele positie te bevestigen.
7. Stel de schouderriemen zo af dat de schouderbanden goed aansluiten op het
lichaam. Zorg ervoor dat de borstriem zich ter hoogte van de oksel bevindt.
RICHTLIJNEN VOOR REINIGING EN ONDERHOUD
47
Publicité
