DRUKSPUIT
CMB382050
WAARSCHUWING
Lees voor uw eigen veiligheid deze
gebruiksaanwijzing goed door alvorens het
apparaat te gebruiken.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Volg bij gebruik van het apparaat altijd de
veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op.
MONTAGE
•
Verbindt de lans met de tank m.b.v. de
flexibele slang.
•
Verwijder d wartel van de lans.
•
Haal de slang door de wartel.
•
Draai de wartel stevig vast op de lans.
•
Bevestig het andere einde van de
slang op de tank volgens
bovengenoemde methode.
•
Zorg ervoor dat de slang goed
vastgedrukt en de wartel goed
aangedraaid is.
•
Plaats de draagriem door de
bevestigingsring door de daarvoor
bestemde opening onder in de tank te
halen.
•
Bevestig het andere einde van de riem
door deze door de bovenste opening
te halen.
•
Rijg de riem daarna door de matalen
gesp en stel deze op de gewenste
grootte in.
BEDIENINGSINSTRUCTIES
•
Zorg ervoor dat de slang zorgvuldig
aan de tank en de lans bevestigd is en
dat de afdichtingswartels stevig
aangedraaid zijn.
•
Controleer of de vloeistof die u wilt
gebruiken geschikt is ( zie tekst het
gebruik van chemicaliën).
•
Vul de tank met de gewenste
hoeveelheid, maar niet meer dan de
maximale vulstreep .
•
Draai de pomp stevig vast in de tank,
zodat er een luchtdichte afsluiting
ontstaat.
•
Controleer handmatig of het
ontluchtingventiel goed functioneert
door de blauwe knop uit te trekken.
•
Ontgrendel de pomphandel door deze
in te drukken en linksom te draaien.
•
Pomp om druk in de tank te bouwen.
•
Wanneer dej uiste druk bereikt is, zal
het ontluchtingsventiel in werking
treden om de overtollige lucht te laten
ontsnappen.
•
De container staat nu onder voldoende
druk verder pompen is overbodig.
Knijpkraan bediening:
•
Het knijpkraanmechanisme kan op
twee manieren bediend worden,
handmatig of met vergrendeling
Handmatig
•
Druk de knijpkraan in om te spuiten en
laat los om te stoppen.
Met vergrendeling
•
Schuif de ingedrukte knijpkraan met de
dum naar voren omdeze te
vergrendelne.
•
De drukspuit zal nu continu spuiten
zonder dat de knijpkraan ingedrukt
hoeft te worden.
•
Ontgrendel de knijpkraan door deze in
te drukken en iets naar achteren te
trekken.
•
Laat de knijpkraan los om met spuiten
te stoppen.
•
Richt de sproeikop op een test
oppervlak, druk de knijpkraan inen
draai aan de sproeikop om het
gewenste sproeipatroon in te stellen
van fijne nevel tot straal.
•
Als de sproeikop blijft spuiten of
druppelen als de knijpkraan is
losgelaten dan komt dit doordat er
lucht in de lans , het handvat of slang
zit.
•
Maak het systeem leeg door de
sproeikop op straal in te stellen en de
knijpkraan aan en uit te zetten totdat er
geen vloeistof meer uitkomt.
•
Bewaar overgebleven chemikaliën in
een aparte tank voor later gebruik.
•
Af entoe even pompen is voldoende
om te blijven spuiten.
•
Laat, na gebruik en voordat u de
drukspuit opbergt, alle lucht
ontsnappen door aan de blauwe knop
van het ontluchtingsventiel te trekken.
•
Als de drukspuit is gebruik tin
combinatie met chmeicaliën verwijder
dan na gebruik voorzichtig alle
ongebruikte oplossingen.
•
Vul de tank met was reinigingsmiddel
en warm water (niet heet) en verspuit
de inhoud.
•
Herhaal dit met schoon, koud water.
•
Controleer of er geen aanslag in de
sproeikop zit.
•
Herhaal deze handeling tot de
drukspuit schoon is.