Publicité
1. Traktie-inschakelhendel: Schakelt de motortransmissiedraaiing in- en uit. Met de hendel omlaag komt
u in de "Drive" (Rijden) – mode en laat u de hendel los dan komt u in de "Stop" mode. Deze hendel is
verbonden met de rem zodat de handrem automatisch ingeschakeld wordt zodra de hendel losgelaten
wordt.
2. Gashendel: Verhoogt en verlaagt de motorsnelheid
3. Stop knop.
4. Zijkoppelinghendels: Om van rijrichting te veranderen. De machine draait in de richting waarin de kop-
pelingshendel staat. Indien beide hendels links en rechts tegelijkertijd werken, komt de machine onmid-
dellijk tot stilstand.
5. Uitlaadhendel: Hiermee wordt de laadbak gekiept. Wanneer u aan de hendel trekt, wordt de laadbak-
vergrendeling uitgeschakeld.
6. Versnellingshendel: Hiermee kiest u de rijsnelheid. Om van rijsnelheid te veranderen, moet de rijkoppe-
lingen in de positie STOP staan en het voertuig stilstaan.
7. Oliodop.
8. Choke.
9. Benzinedop.
10. Starter.
Minitransporter IBT-3000
IBT3000_2014_P5090604.indd 21
BEDIENINGSELEMENTEN
NL
Pag. 21
27/10/14 16.21
Publicité
