Télécharger Imprimer la page

Viatom Wellue B02 Mode D'emploi page 20

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 50
Meetprocedure
Opmerking: U moet voor en tijdens de meting altijd rustig zitten.
Voor de meting:
• Vermijd eten, roken en alle vormen van inspanning direct voor de
meting. Deze acties hebben een invloed op het meetresultaat.
Ontspan jezelf door ongeveer tien minuten in een rustige omgeving
in een zetel te zitten voordat u een meting uitvoert.
• Verwijder elk kledingstuk dat nauw rond uw bovenarm zit.
• Meet altijd aan dezelfde arm (normaal gesproken links).
• Vergelijk alleen metingen die op hetzelfde tijdstip van de dag zijn
uitgevoerd, aangezien de bloeddruk in de loop van de dag tot wel
20-40 mmHg verandert.
Veelvoorkomende fouten:
Let op: vergelijkbare bloeddrukmetingen vereisen altijd dezelfde
omstandigheden!
• De omgeving moet altijd stil zijn.
• Als u uw arm ondersteunt, kan de bloeddruk verhogen. Zorg
ervoor dat u zich in een comfortabele, ontspannen houding bevindt.
Vermeid het strekken van de spieren in de meetarm tijdens de
meting. Gebruik indien nodig een kussen ter ondersteuning.
• Als de manchet aanzienlijk lager of hoger dan het hart ligt wordt
er een foutief hoge of lage bloeddruk gemeten! Elk hoogteverschil
van 25-30 cm tussen je hart en de manchet resulteert in een
meetfout van 10 mmHg!
• Manchetten die te smal of te kort zijn, resulteren in valse
• Meetwaarden. Het kiezen van de juiste manchet is zeer
belangrijk. De manchetmaat is afhankelijk van de omtrek van de
arm (gemeten in het midden). Het toegestane bereik is op de
manchet te vinden. De manchet werkt tussen een drukbereik
van 0-300 MMHG. De breedte van manchetten is tussen: 22-40
cm Let op: gebruik alleen goedgekeurde manchetten!
Een losse manchet of een zijwaarts uitstekende luchtbubbel
veroorzaakt foutieve meetwaarden.
Bij herhaalde metingen hoopt zich bloed op in de arm, wat tot
foutieve resultaten kan leiden. Opeenvolgende
bloeddrukmetingen mogen pas genomen worden na een pauze
van 1 minuut om het opgehoopte bloed weg te laten vloeien.
35
Als u besluit om een gemiddelde te meten, wacht dan minstens
een minuut.
De manchet aanbrengen
Zie Figuur-06
C)
De manchet is voorgevormd voor gemakkelijker gebruik.
Verwijder strakke of dikke kleding van uw bovenarm.
D)
Wikkel de manchet om uw linker bovenarm. De rubberen
buis moet zich aan de binnenkant van uw arm bevinden en
naar beneden uitstrekken. Zorg ervoor dat de manchet
ongeveer 1-2 cm boven de elleboog ligt. Belangrijk! De
de rand van de manchet (slagadermarkering) moet over de
slagader liggen die langs de binnenkant van de arm loopt.
E)
Om de manchet vast te maken, wikkelt u deze om uw
arm en drukt u de klittenbandsluiting samen.
F)
Er mag weinig vrije ruimte zijn tussen uw arm en de
manchet. U moet 2 vingers tussen uw arm en de manchet
kunnen passen. Manchetten die niet goed passen, resulteren
in foutieve meetwaarden. Meet uw armomtrek als u niet zeker
weet of de manchet goed past.
G)
Leg uw arm op een tafel (handpalm naar boven) zodat de
manchet zich op dezelfde hoogte als uw hart bevindt. Zorg dat
de buis niet geknikt is.
H)
Blijf minimaal twee minuten rustig zitten voordat u met de
meting begint.
aan
36

Publicité

loading