LaserLiner DualAxis-Laser Mode D'emploi page 41

Lasermodi
Deze modi kunnen eveneens tot maximaal 50 m afstand met de Commander
50 gestuurd worden. Open het batterijvakje om de batterijen te plaatsen (zie
afbeelding rechts) en let bij het plaatsen op de correcte polariteit. Sluit het
batterijvakje weer.
Lasersegment-modus:
• Het werkgebied van de laserstraal kan worden onderverdeeld in segmenten.
Daarvoor kunnen de afzonderlijke segmenten van de laserstraal uitgescha-
keld worden. Dat is belangrijk wanneer zich meerdere rotatielasers op het
terrein bevinden,.
• Selecteer met de segment-toets (30) de 4 segmenten en schakel het desbe-
treffende segment via de plus-/min-toetsen (28) in of uit.
• Sla de instelling op met de Enter-toets (29). De actieradius van de laser is nu
beperkt tot de gewenste segmenten.
Rotatiemodus
Met de rotatie-toets (35) kunt u de verschillende snelheden instellen: 0, 300, 600,
1100 U/min.
Handontvangermodus
Werken met de optionele laserontvanger: schakel de
SensoLite laserontvanger met de toets (17) in. Stel met de
Commander DA 50 of aan de rotatielaser het maximale
toerental van 1100 U/min in (toets 35).
Nu kan de laserontvanger de laserstraal op grote afstand
optimaal herkennen. Beweeg vervolgens de laserontvanger
door de laserstraal omhoog en omlaag totdat de middelste
weergave (13) verschijnt. Markeer nu de meethoogte op de
rondomlopende markeergroef.
SpotLite Marking: de geprojecteerde lichtstraal ter hoogte
van de laserstraal vergemakkelijkt het nauwkeurig markeren
en voorkomt parallaxfouten.
NEDERLANDS
DualAxis-Laser
41