Garant GRIDLINE INFO Point Mode D'emploi page 71

7.2.3. Monitor
ü Monitor van houder en voet verwijderd.
1. Monitor op gewenste positie op computerlessenaar positione-
ren.
2. Monitor vanaf achterzijde met vier schroeven aan computerles-
senaar vastschroeven.
3. Kabel door kabeldoorvoer naar achter leiden.
7.2.4. Muis en toetsenbord
1. Muis en toetsenbord op legbord of laptopvak leggen.
2. Kabel door kabeldoorvoer naar achter leiden.
7.2.5. Computer
1. Computer aan achterzijde op voet positioneren.
2. Monitor, toetsenbord en muis met computer verbinden. Com-
puterhandleiding in acht nemen.
7.3. COMPUTERWERKPLEKKEN
7.3.1. Monitor
i
Art.nr. 948101, 948121, 948122, 948251, 948261, 948252, 948262:
Maximale monitorafmetingen (b×h): 690 mm × 460 mm.
Art.nr. 948111, 948112: Voor 19-inch beeldbuismonitor.
1. Monitorbehuizing ontgrendelen en openen.
2. Afdekkap van bamboeblad verwijderen en voorgestanste perfo-
ratie met schroevendraaier uit afdekkap drukken.
3. Monitorkabel omlaag leiden.
4. Monitor in monitorbehuizing plaatsen en met kabels verbinden.
5. Met Muis en toetsenbord [} Pagina 71] doorgaan.
7.3.2. Muis en toetsenbord
i
Geldig voor: Art.nr. 948111 – 948262.
1. Tableau voor toetsenbord en muis ontgrendelen en openen.
2. Afdekkap in tableau verwijderen en voorgestanste perforatie
met schroevendraaier uit afdekkap drukken.
3. Muis en toetsenbord in tableau aanbrengen.
4. Kabel door kabeldoorvoeropening in tableau en behuizing om-
laag leiden.
5. Kabel door afdekkappen leiden en afdekkappen in tableau en
behuizing aanbrengen.
7.3.3. Printer
1. Printer op uittrekbaar legbord positioneren.
2. Kabel achter uittrekbaar legbord langs en door kabeldoorvoero-
pening naar buiten leiden.
7.3.4. Computer
1. Kastgedeelte voor computer ontgrendelen en openen.
2. Computer aanbrengen.
» Voor voldoende luchtcirculatie zorgen. Afstand tussen venti-
lator en wand in acht nemen.
3. Monitor, toetsenbord, muis en eventueel printer met computer
verbinden. Computerhandleiding in acht nemen.
4. Afdekkap uit achterzijde van behuizing verwijderen en voorge-
stanste perforatie met schroevendraaier uit afdekkap drukken.
5. Benodigde kabels, zoals stroom- en netwerkkabel eruit leiden.
6. Kabel door afdekkap leiden en afdekkap aanbrengen.
7. Kastgedeelte sluiten en vergrendelen.
8. Ingebruikneming
8.1. INFO POINT, COMPUTERLESSENAAR
 Monitor en computer met stroomnet verbinden.
8.2. COMPUTERWERKPLEK
1. Monitor, computer, ventilator en eventueel printer met meer-
voudige contactdoos of stroomnet verbinden.
2. Maat DE: Meervoudige contactdoos met het stroomnet verbin-
den.
9. Bediening
9.1. INFO POINT, COMPUTERLESSENAAR,
COMPUTERWERKPLEK VERPLAATSEN
VOORZICHTIG
Rollende computerwerkplek
Beknellingsgevaar voor het lichaam.
» Verplaatsings- en transportroutes beveiligen.
» Er mogen zich geen personen in rijrichting bevinden.
» Niet op plaatsen met hellingen gebruiken.
ü Apparaten uitgeschakeld en van het lichtnet losgekoppeld.
Stroomkabel in kast opgeborgen.
ü Laden en deuren vergrendeld en afgesloten.
1. Vastzetters aan beide zwenkwielen loszetten.
2. Op langzaam tempo verplaatsen.
3. Vóór werkzaamheden vastzetters aan zwenkwielen bedienen.
9.2. VENTILATOR GEBRUIKEN
i Geldig voor art.nr. 948101 – 948805.
VOORZICHTIG
Draaiende ventilator
Gevaar voor licht of middelmatig letsel aan de handen en vingers.
» Na verbinding met stroomnet treedt ventilator direct in werking.
» Tijdens verbinden met stroomnet niet bij ventilator ophouden.
» Alleen aansluiten op stroomcircuit dat met alpolig onderbreken-
de schakelaar uitschakelbaar is.
 Bij bedrijf van computer moet ventilator ingeschakeld zijn.
10. Onderhoud
Interval
1 × per week bij nor-
maal verontreinigde
omgevingslucht
1 × dagelijks bij
sterk verontreinigde
omgevingslucht
Vóór begin van elke
ploegendienst
Af en toe
Tab. 1: Onderhoudswerkzaamheden
11. Technische gegevens
11.1. MATEN IN G
25 mm komt overeen met 1 G.
www.hoffmann-group.com
Maatregel Uit te voeren
door
1. Afdekking met sleuf- Specialist voor
schroevendraaier ver- elektrotechnische
wijderen. werkzaamheden
2. Filter reinigen.
3. Afdekking weer aan-
brengen.
» Afdekking klikt vast.
Op uitwendige schade, de- Geïnstrueerde
fecten en werking contro- persoon
leren. Randen en geleidin-
gen op slijtageverschijnse-
len controleren.
4. Bij defecten blokkeren
en beveiligen tegen
gebruik.
5. Schade direct laten
verhelpen.
Aanwezige sloten en wie- Specialist voor
len met multispray smeren. mechanische
werkzaamheden
nl
71