Oxford Journey Manuel De L'utilisateur page 138

Oxford
®
Journey
7. Instructies voor gebruik
De Oxford patiëntenliften mogen uitsluitend worden bediend door volledig opgeleide/compe-
tente verzorgers.
1. Verstellen van de poten
De poten van de Oxford Journey kunnen in breedte worden versteld. De poten kunnen uit elkaar
worden gezet om de lift dichtbij stoelen of rolstoelen te kunnen plaatsen. De poten moeten naar elkaar
toe worden geklapt tijdens transport of om door deurposten of smalle doorgangen te manoeuvreren.
Aan de achterzijde van de basis bevindt zich een pedaal waarmee de positie van de poten aangepast
kan worden. Door op de pedaal rechts (BENEDEN) te duwen, gaan de poten naar buiten, door op
de pedaal links (OMHOOG) te duwen, gaan de poten naar binnen. De aanpassing kan zowel met of
zonder patiënt in de lift worden uitgevoerd, maar moet altijd plaatsvinden terwijl de lift beweegt.
2. Zwenkwielen en remmen
De lift beschikt over twee beremde wielen, die gebruikt kunnen worden om te parkeren. TTijdens
het tillen moeten de zwenkwielen vrij en niet geremd zijn, tenzij na een gepaste en gedegen
risicobeoordeling anders blijkt. Zo kan de lift zijn natuurlijke zwaartepunt vinden. Als de wielen beremd
zijn, zwaait de patiënt naar het zwaartepunt. Dit kan griezelig en oncomfortabel aanvoelen.
In een situatie dat de patiënt de lift waarschijnlijk met de voeten wegduwt voordat hij/zij wordt
getild, waardoor er een risico op letsel voor patiënt en/of zorgverlener ontstaat, moeten de remmen
bijvoorbeeld worden geactiveerd. Een ander voorbeeld van een situatie waarbij de remmen
geactiveerd moeten worden, is als de sta-hulp bijvoorbeeld zonder voetenplaat wordt gebruikt (met de
voeten van de patiënt op de vloer). Hierbij moet door het gebruik van de remmen worden voorkomen
dat de lift tijdens het tillen 'wegloopt' van de patiënt, wat zou kunnen leiden tot een vermijdbare val en
mogelijk letsel bij patiënt en/of zorgverlener.
3. Heffen en laten zakken van de hefboom
De beweging van de hefboom komt tot stand door middel van een krachtige elektrische motor die
met een eenvoudige handbediening wordt bestuurd. De handbediening heeft twee knoppen met pijlen
daarop, UP (omhoog) en DOWN (omlaag) áâ. De motor stopt automatisch als de lift de grens bereikt
(geldt voor beide richtingen). De handbediening wordt in een opening gestoken die zich aan de
onderzijde van de bedieningskast bevindt.
4. Noodstop
De rode noodstopknop bevindt zich aan de voorzijde van de bedieningskast en wordt geactiveerd
door hem in te drukken. Hierdoor wordt alle stroom naar de lift afgesneden; dit kunt u alleen
ongedaan maken door de knop met de klok mee te draaien en dan los te laten.
5. Ongebruikte bediening
Alle Oxford Presence lliften zijn op de bedieningskast voorzien van til- en daalknoppen. Deze
bevinden zich onder de noodstopknop en kunnen worden gebruikt om de cliënt te tillen of te laten
dalen in het geval dat de handbediening niet functioneert.
6. Mechanisch naar beneden in noodgevallen
Voor het geval dat zich een totale stroomstoring voordoet, is de motor toegerust met een
mechanisme om de lift te laten zakken (de RED BOSS). Deze functioneert uitsluitend wanneer zich
een patiënt in de lift bevindt. Om deze functie te activeren moet het mechanisme omhoog worden
getrokken, waarna de lift langzaam begint te zakken.
Merk op: Het MINIMALE gewicht dat nodig is om de lift handmatig naar beneden te brengen via het
mechanische noodmechanisme is 30 kg. Dit is een noodbediening en niet deze is niet bedoeld voor
herhaaldelijk gebruik.
138
WAARSCHUWING
Nederlands