tor mag niet branden. Indien deze wel brandt,
dan is de draairichting van de motor verkeerd.
Twee willekeurige fasen van de netaansluiting
verwisselen.
– Indien en de schakelkast een elektronische be-
veiliging tegen motoroverbelasting is ingebouwd,
dan moet het apparaat op de nominale stroom
van de motor ingesteld worden.
– Kortstondige droogloop beschadigt de pomp
niet, langere tijd echter wel.
– De verdere inbedrijfname-stappen kunt u vinden
in de montage- en bedieningsvoorschriften van
de filterinstallatie.
7 Onderhoud
– Filterinstalaties die niet vorstvrij zijn opgesteld
(bijv. buitenbaden) moet ook de filterpomp in de
winter geleegd worden. Daarvoor dienen de af-
tapschroeven in het pomphuis en grof-filter
(afb.1, pos.7) met daarvoor bedoeld gereed-
schap geopend worden. De PVC- schroeven
kunnen makkelijk beschadigd worden. De aftap-
schroeven slechts handvast aandraaien.
– De grof-filter dient van tijd tot tijd gekontroleerd
en gereinigd te worden. Daarbij dient u de
O-ring-dichting en de klep schoon te houden
(afb.1, pos.5). De grof-filter weer zo terugolaat-
sen, dat de aanwezige uitsparing in de inztrand
in de neus van de klep van de mantel zit. (hoofd-
stuk 6, inbedrijfname in acht nehmen)
– Bij een defekt aan de pomp de pomp allereerst
uitschakelen, daarna kann het motorinsteekdeel
(afb.1, pos.1) van het pomphuis door het losdra-
aien van de acht schroeven (afb.1, pos.10) ge-
scheiden worden. Bij de montage dient men erop
te letten dat de O-ring-dichtingen precies goed
zitten (afb.1, pos.8). Schroeven gekruisd gelijk-
matig aandraaien. Het motorinsteekdeel mag al-
leen door gekwalificeerd personeel gedemon-
teerd en gemonteerd worden.
Alle reparatiewerkzaamheden mogen
ATTENTIE!
alleen door de service-dienst van de
producent of geautoriseerde verte-
genwoordiger uitgevoerd worden, an-
ders vervalt iedere aanspraak op ga-
rantie.
NEDERLANDS
21