Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
Configuratie
U kunt volgende Vestamatic-sensoren op de VL Sensorbox aan-
sluiten:
– 8 zonsensoren van het type SS30
– 2 temperatuursensoren van het type TS 01
– 1 regensensor
– 1 windrichtingsmeter
– 2 windsnelheidsmeters
Verwarmde sensoren hebben een externe voedingsunit nodig.
Seriële combi-sensor
De aansluiting van een windsnelheid-/windrichtingsmeeteenheid
met seriële uitgang is momenteel niet mogelijk.
Windsnelheidsmeter
Er kunnen tot 2 windsnelheidsmeters op de Vestamatic VL Sensor-
box worden aangesloten. Er kunnen sensoren met een digitale of
stroomgevoede uitgang worden gebruikt.
Let op: Voor de aansluiting van de sensoren moeten de jumpers JP3
en JP2 volgens de volgende tabel worden gepositioneerd:
Door stroom aangestuurde sensoren moeten aan de klemmen 05,
06, en 07 (sensor 1) resp. aan de klemmen 08, 09 en 10 (sensor 2)
worden aangesloten.
Sensoren met een frequentie-uitgang worden aan de klemmen 05
en 06 (sensor 1) resp. aan de klemmen 08 en 09 (sensor 2) aange-
sloten.
Voorbeeld: Sensor 1 is een windmeter met frequentie-uitgang, sen-
sor 2 een sensor met een door stroom aangestuurde
uitgang. Dit betekent dat jumper JP3 links moet worden
verbonden, jumper JP2 rechts, zoals in de volgende
afbeelding wordt weergegeven.
Windrichtingsmeter
Is geen combi-sensor aangesloten, dan is de aansluiting van een
windrichtingsmeter mogelijk. Deze kan over een digitale of een
stroom aangestuurde uitgang beschikken.
Een digitale sensor wordt aan de klemmen 12, 13, 14, 15, 16 en 17
aangesloten, de sensor met stroomuitgang op de klemmen 11, 12
en 13.
Let op: Voor de aansluiting van de sensor moet de jumper JP1 cor-
rect worden gepositioneerd. Bij gebruik van een sensor met
digitale uitgang moet de jumper JP1 links
geplaatst, bij gebruik van een sensor met een stroom aange-
stuurde uitgang moet de jumper JP1 rechts
geplaatst.
Voorbeeld: Aansluiting van een sensor met digitale uitgang:
Regensensor
Er bestaat de mogelijkheid van de aansluiting van een regensensor.
De regensensor wordt aan de klemmen 18 tot 23 volgens aansluit-
schema hieronder aangesloten.
De gevoeligheid van de regensensor kan d.m.v. SW7 en SW8 van
de DIP-schakelaar 1 als volgt worden ingesteld:
DIPSWITCHBANK 1
Y123456/(X
DIPSWITCHBANK 1
Y123456/8X
DIPSWITCHBANK 1
Y1234567(X
DIPSWITCHBANK 1
Y12345678X
- 2 -
(
) worden
(
) worden
Ongevoelig
Normaal gevoelig
Gevoelig
Zeer gevoelig
Artikel-Nr.: 83400612 M1
Publicité
