Informatie Over Bedrijf En Gebruik - Herz MD10 Notice D'utilisation

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 12
Als aandrijfmotoren worden draai- of wisselstroommotoren
gebruikt. In de aanduiding van het apparaat staan de letters D
voor draaistroom 3~ of E voor eenfase-wisselstroom 1~.
De aandrijfmotor moet worden beveiligd met een
motorbeveiligingsschakelaar
apparaten die met een frequentieregelaar werken).
Voor apparaten die met een frequentieregelaar
werken moet de bestaande temperatuursensor (ptc-
sensor) of thermische beveiliging (verbreekcontact) op
de regelaar worden aangesloten en geëvalueerd.
Controleer of de netspanning overeenkomt met de
gegevens op de typeplaat.
De aansluiting van de aardleider is in de klemmenkast
beschikbaar.
Let op!
Gedurende het bedrijf van de aandrijfmotor met
frequentieregelaar
worden gehouden met het volgende:
Er mogen alleen motoren in combinatie
met
gebruikt die de aanduiding '/FU voor
'geschikt
frequentieregelaar'
hebben
'geschikt bedrijf met frequentieregelaar'
besteld en bevestigd zijn.
De
frequentieregelaar mag zonder motorfil-
ter maximaal 400 V bedragen. Bij langere
leidingen,
regelaarvoedingsspanningen
overschrijding van de impulsspanningen
(maximaal
motorklemmen
maatregelen (bijvoorbeeld een motorfil-
ter) voor beveiliging van de motor
worden getroffen. Neem hiervoor contact
op met de leverancier van de regelaar.
Als het motorfilter wordt bijgeleverd,
moet het tussen regelaar en motor
worden
voldoende vrije ruimte in de schakelkast
en houd u aan de voorschriften voor
installatie
bedieningshandleidingen
fabrikant van de frequentieregelaar/van
het motorfilter.
De maximale kabellengte tussen motor
en frequentieregelaar mag 20 m niet
overschrijden
geschikte, afgeschermde kabel, indien
mogelijk langs directe weg en zonder
extra klem-/steekverbindingen worden
gerealiseerd.
De
gevlochten
aansluitkabel moet over de gehele lengte
en aan beide kanten, dat wil zeggen: aan
de frequentieregelaar en aan de motor
elektrisch
aardingssysteem verbonden zijn. Aan de
motorzijde moeten hiervoor geschikte
EMC-kabelwartels worden gebruikt, die
de kabelafscherming over de gehele
omtrek laagohmig aansluiten.
Meer informatie over een EMC-veilige installatie en montage
vindt u in de bedienings- en montagehandleidingen van de
leverancier van de frequentieregelaar.
BA MD10MD14 V20 R14 10_2017 EU long.doc
(dit
geldt
niet
moet
bovendien
rekening
de
frequentieregelaar
voor
bedrijf
op
de
typeplaat
c.q.
die
in
een
uitvoering
voedingsspanning
van
1300
Vpp)
op
moeten
afdoende
geïnstalleerd.
Zorg
en
montage
van
en
moet
met
afscherming
laagohmig
met
3.2.1 Schakeling voor draaistroom-ventilatoren
voor
Controle van de draairichting
Schakel de ventilator in. De draairichting van de waaier moet
overeenkomen met de richtingspijl op de behuizing.
Als de draairichting verkeerd is, moeten L1 en L3 worden
verwisseld.
3.2.2 Schakeling voor eenfasewisselstroom-ventilatoren
worden
met
de
hogere
3.3 Speciale schakelvormen en extra klemmen
en/of
Voor motoren met omschakelbare spanning, motoren met
omschakelbare polen, FU/FUK-motoren en andere speziale
de
schakelvormen van draai- en wisselstroommotoren bevinden
zich in de klemmenkast van de motoren aansluitschema's.
Dit
geldt
wikkelingsbescherming en stilstandsverwarming.

4. INFORMATIE OVER BEDRIJF EN GEBRUIK

voor
4.1 Belangrijke opmerkingen
Houd u aan de in paragraaf 1.1 beschreven aanwijzingen voor
in
de
bedoeld gebruik, alsook aan de in 1.2 tot en met 1.10
de
beschreven veiligheidsaanwijzingen.
Als gedurende het bedrijf de dimensioneringsstroom van de
aandrijfmotor wordt overschreden, controleert u of netspanning
en
-frequentie
overeenkomen.
een
Na veiligheidsuitschakelingen (bijvoorbeeld activering van de
motorbeveiligingsschakelaar,
ptcevaluatieapparaat bij motoren met ptc-sensor of ivan de
frequentieregelaar bij FU-toepassingen) is een herstart van het
apparaat pas toegestaan nadat de oorzaak van de storing
in
de
vastgesteld is en de storing werd verholpen.
Bij ventilatoren die niet over de complete karakteristiek worden
gebruikt zijn, kan bij te kleine installatieweerstand de motor
worden overbelast (te hoge stroomopname). Verminder de
het
volumestroom in dit geval door een aan pers- of zuigzijde
ingebouwde smoorklep.
De ventilator mag niet worden blootgesteld aan trillings- of
schokbelastingen.
4.2 Bedrijf met frequentieregelaar
Door toepassing van een frequentieregelaar is een groot
toerentalbereik
toerentalverschil afhankelijk van de belasting tussen nullast en
maximale last van de ventilator optreedt.
ook
voor
de
optionele
met
de
gegevens
van
aanspreken
mogelijk,
waarbij
slechts
thermische
het
apparaat
van
het
een
gering
31

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

Md14

Table des Matières