Temperatuurmeting - metex M-4660A Notice D'emploi

Voor het vaststellen van het logic-niveau resp. voor het instellen van de
logic-niveau's handelt u als volgt:
1. Schakel de meter in.
2. Stel de meetfunktieschakelaar in op "LOGIC". Op het display verschijnt
"rdY", hegeen zoiets betekent als "ready" = klaar (voor de meting).
3. Verbind nu de meetsnoeren met de COM-bus (zwarte snoer)_en de V-
bus (rode snoer).
4. Verbind nu het andere einde van het zwarte meetsnoer (meetpunt)
met de "massa" van de digitale schakeling = "-" (normaalgesproken).
5. Terwijl nu het zwarte meetsnoer met de massa verbonden blijft, raakt
u met de rode meetpunt het stroomvoorzieningspunt Vcc aan (of V++
of V+ of Vc o.i.d.). Als de stroomvoorzieningsspanning minder dan 20
VDC bedraagt en u drukt eenmaal op de toets "SET/R", dan klinkt er
een akoestisch signaal en verschijnt er "Hi" op het display.
Let op!
Als deze stroomvoorzieningsspanning echter meer bedraagt dan 20 VDC,
dan klinkt eveneens een akoestisch signaal en er verschijnt "OL" voor
Overload (overloop, bereiksoverschrijding) op het display.
Bij de logic-meting mogen de meetvoet en de stroommeetbussen niet
aangesloten worden/zijn.
6. De multimeter is nu "klaar=ready" om de in aanmerking komende
meetpunten van de digitale schakeling te testen op de betreffende
logic-niveau's. Verwijder de rode meetpunt van het stroomvoorzie-
ningspunt en raak daarmee de betreffende testpunten aan.
Aanwijzing
Tijdens de meting van het logic-niveau wordt op het middelste subdis-
play en op het rechter subdisplay de spanningswaarde getoond.

5.10 Temperatuurmeting

De aanduiding van de temperatuur geschiedt zowel op het hoofddisplay
als ook op het kleine display. Op het "grote" display verschijnt de geme-
136
ten temperatuur in °C, op het kleine display in het midden in oF. Het
temperatuurbereik loopt van -40°C tot +1200°C. De temperatuur wordt
uitsluitend gedaan met thermosensors type K. Voor het meten van de
temperatuur handelt u als volgt:
1. Zet de meetfunktieschakelaar op "TEMP".
2. Steek de stekker van het thermo-element met de juiste poling) smal-
le en brede kontakttong) in de TEMP/CAP-meetbus (gebruikt worden
de beide schachten voor en na de scheidingsdikte).
Let op!
Sluit geen spanningen aan. Het apparaat kan daardoor kapot gaan. Bij
de temperatuurmeting mogen de transistorvoet, de spanningsmeetin-
gang en de stroommeetbussen niet aangesloten worden/zijn.
5.11 Gebruik van de analoge bargraph
De bargraph is makkelijk te bedienen en te snappen. Hij kan vergeleken
worden met de naald van een analoog meetinstrument, zonder de
mechanische nadelen daarvan. Hij is bijzonder geschikt voor snel veran-
derende meetsignalen, waarvoor de digitale aanduiding te "langzaam"
is. Zo kunnen ook tendenzen van meetwaardeveranderingen snel onder-
kend en geëvalueerd worden. Het aantal metingen bedraagt hier ca. 3 -
4 metingen/s.
5.12 De CMOS-signaaluitgang
In de multimeter M-4660A bevindt zich een soort "funktiegenerator",
die aan de kondensatormeetvoet tien vast ingestelde frequenties met
een spanning tot max. 3,3 V levert. Om het signaal "af te tasten" moet
de daarmee overeenkomende signaal-adapter met de juiste polings-
137