Technische gegevens.
- De afmetingen van binnenplaatsen moeten
een minimale tussenruimte garanderen tussen
de buitenwand van de rookleiding en de bin-
nenkant van de muur van de binnenplaats: 30
mm voor binnenplaatsen met cirkelvormige
doorsnede en 20 mm in geval van binnen-
plaatsen met vierkante doorsnede (Fig. 2).
A
B
De voorstelling van de ketel dient enkel als voorbeeld, omdat deze
kit wordt aangepast aan de verschillende modellen van de ketel
en de installatiemogelijkheden verschillen naargelang de plaats
waar de ketel geïnstalleerd wordt.
- Op het verticale traject van de rookkanalen
zijn maximum 2 veranderingen van richting
toegelaten met een invalshoek van maximum
30° ten opzichte van de verticale lijn.
Buisvoorziening Ø 80
Vast (A) mm
86
Buisvoorziening Ø 80
A
Flexibel (A) mm
C
90
Fig. 2
BINNENPLAATS
BINNENPLAATS
(B) mm
(C) mm
126
146
BINNENPLAATS
BINNENPLAATS
(B) mm
(C) mm
130
150
9
- De maximale extensie verticaal met gebruik van
een buisvoorzieningsysteem Ø 80 is 28 m, de
maximale extensie omvat 1 adapter van 60/100
naar 80/125, 1 bocht Ø 80/125 van 87°, 1 m buis
80/125 horizontaal, 1 bocht van 90° met Ø 80 in
de buis en het eindstuk op het dak voor de buis-
voorziening.
Voor de bepaling van het rookgassensysteem C93
in andere configuraties dan de zonet beschreven
configuratie (Fig. 3) moet men rekening houden
met de volgende belastingsverliezen:
- 1 m concentrische buis met Ø 80/125 = 1 m
leiding in buizen gelegd;
- 1 bocht van 87° = 1,4 m leiding in buizen gelegd;
Bijgevolg moet men de equivalente lengte van het
toegevoegde onderdeel aftrekken van de beschik-
bare 28 m.
Fig. 3