Storing, Oorzaak En Oplossing - Dräger X-zone 5500 Notice D'utilisation

12

Storing, oorzaak en oplossing

Storing
X-zone kan niet worden geladen.
X-zone kan niet intrinsiek veilig worden
gevoed.
Accucapaciteit is laag.
Geen draadloze verbinding tussen de
X-zone.
Kabelverbinding werkt niet.
Alarmcontact schakelt niet.
Pompmodus werkt niet.
Pompstoring tijdens gebruik.
Flowtest is mislukt.
Dräger X-zone 5500 / 5800
Oorzaak
Stekker van het laadapparaat maakt
geen goed contact met de X-zone.
Inductief laden functioneert niet, omdat
de afstand tussen X-zone en de
laadschaal te groot is.
Stekker heeft geen goed contact.
Voedingsapparaat levert geen spanning. Voedingsapparaat controleren, evt.
Accu is niet geheel opgeladen.
Accu niet regelmatig geladen.
Buitentemperatuur is zeer laag.
Buitentemperatuur is zeer hoog.
Accu is defect.
Inductief laden functioneert slecht,
omdat de afstand tussen X-zone en de
laadschaal te groot is.
Draadloze verbinding is niet geactiveerd. Draadloze verbinding met behulp van de
De X-zone staan ver van elkaar
verwijderd.
Draadloze verbinding wordt bemoeilijkt
door industriële omgeving: bijv. stalen
wanden.
X-zone worden afgedekt door geleidend
materiaal (bijv. metaalgaas).
Netnummer van X-zone is verschillend.
Draadloze frequentie van X-zone is
verschillend.
Kabelstekker niet juist ingestoken,
kabelbezetting foutief of kabelbreuk.
Kabelstekker niet juist ingestoken,
kabelbezetting foutief of kabelbreuk.
Verkeerde houder (diffusie) geplaatst.
Condensatie in koude en vochtige
aanzuiglucht.
Pomp buiten het gespecificeerde bereik. Pomp door DrägerService laten
Flowtest werd niet uitgevoerd.
Houder (pomp of X-am 5100) is niet juist
geplaatst.
Storing, oorzaak en oplossing
Oplossing
Let erop dat de stekker van het
laadapparaat goed is ingestoken.
Accu-LED controleren.
Afstand controleren, evt. vervuiling
verwijderen.
Stekker goed insteken, evt. vuil
verwijderen.
inschakelen.
Accu minstens 14 h - 24 Ah opladen.
Accu ook in uitgeschakelde toestand
regelmatig, minstens om de 2 maanden
opladen.
X-zone opwarmen.
Eventueel beschermkast gebruiken.
Accu door DrägerService laten
controleren.
Afstand controleren, evt. vervuiling
verwijderen.
PC-software Dräger CC-Vision activeren
(zie hoofdstuk 11 op pagina 162).
De X-zone dichter bij elkaar zetten.
Additionele apparaten in de lijn plaatsen.
X-zone hoger opstellen, indien nodig
sokkel (bestelnr. 83 20 645) gebruiken.
De verschillende X-zone dichter bij elkaar
zetten.
Additionele apparaten in de lijn plaatsen.
X-zone met communicatiekabel verbinden
(zie hoofdstuk 5 op pagina 153).
Let erop dat de apparaten vrijstaan.
X-zone met hetzelfde netnummer
gebruiken. Het netnummer kan met
behulp van de pc-software Dräger
CC-Vision worden geconfigureerd (zie
hoofdstuk 11 op pagina 162).
X-zone met dezelfde draadloze frequentie
gebruiken.
Kabelaansluiting, -bezetting controleren.
Let erop dat de kabelstekker goed is
ingestoken.
Kabelaansluiting, -bezetting controleren.
Let erop dat de kabelstekker goed is
ingestoken.
Houder (pomp) plaatsen.
Slangenset met waterfilter (bestelnr.
83 21 527) gebruiken.
controleren.
Flowtest uitvoeren, evt. opnieuw
uitvoeren.
Houder (pomp of X-am 5100) opnieuw
plaatsen en erop letten dat deze correct
vastzit.
163